[scheikunde] vragen over Mol

Moderators: ArcherBarry, Fuzzwood

Reageer

[scheikunde] vragen over Mol

hallo,

ik heb een paar vragen met betrekkeing tot het bereken van mol;

We kregen op school een proefwerk alleen weet ik niet zeker of het klopt wat ik gedaan heb.

vraag 1, bereken de massa van:

a. 2,5 mol water

b. 1,4 mol kaarsvet( C18 H36 O2 )

Mijn antwoord

a. ik heb de molaire massa genomen van water en die maal het aantal mol;

18�2,5= 45g

b. 284,06�1,4= 397,69g

vraag 2, bereken de hoeveel mol er aanwezig is in:

a. 100,0g ammoniak

b.30,0g ammoniumnitraat.

Mijn antwoord

a.

Code: Selecteer alles

100                  100

               ------------------= --------------= 5,88 mol

               molaire massa           17
b.

Code: Selecteer alles

    30

           ---------- = 0,375 mol

             11,25  
vraag 3

We hebben 5 minimol koolstofdioxide. hoeveel mg water bevat eveneveel Moleculen.

mijn antwoord

deze vraag snapte ik niet zouden jullie mij deze uit kunnen leggen svp

Vraag 4

we lossen 0,0240 mol glucose (C6H12O6) in water op tot 400 ml oplossing.

a. bereken de concentratie van glucose in deze oplossing.

b. we nemen 25ml van deze oplossing. Hoeveel mol glucose bevat deze oplossing.

mijn antwoord

deze wist ik ook niet kunnen jullie mij in stappen uit leggen hoe ik te werk moet gaan? bij voorbaat dank.

Vraag 5

We willen 250 ml oplossing maken, met [AL (ionlading)3+]=0,20M (molariteit)

bereken hoeveel g aluminiumchloride hiervoor moeten oplossen.

antwoord kunnen jullie mij deze ook uitleggen? alsjullieblieft

Re: [scheikunde] vragen over Mol

sorry voor dat rare teken bij vraag een

maar daar bedoel ik een keer mee dus vermenigvuldigen.

Re: [scheikunde] vragen over Mol

Vraag 4a : 400/25 = 16

dus 0,0240 mol/16 = ...

Re: [scheikunde] vragen over Mol

vraag 2b)

je molaire massa kan geen 11,25 zijn , Ammoniumnitraat NH4NO3 is dus

mmm even uit men hoofd : 14.01+4.04+14.01+3*15.99= 80.03

nu delen we 30g door 80.03g/mol en we krijgen : 0.375

vraag 4 a)

concentratie = aantal mol/aantal liter oplosmiddel

= 0.0240mol/0.4l = 0.06mol/l

b) 0.06 mol/l * 0.025l = 0.0015 mol

vraag 5

Molariteit = 0.20 mol/per liter

willen een 0.250 liter oplossing maken dus hebben we 0.20mol/l * 0.250liter = 0.05 mol Al3+ nodig

hoeveel gram AlCL3 heb je dan nodig : Molaire masse = 26.98+3*35.45 = 133.3 g/mol

Dus vermenigvuldigen we deze 133.3g/mol met 0.05mol en we vinden dat je 6.665 g moet oplossen.

Als iemand een tabel bij de hand heeft, mag die altijd de MM is nakijken want ik weet ze niet allemaal zeker vanbuiten.

Berichten: 187

Re: [scheikunde] vragen over Mol

EDIT: Vind je Hoofdstuk 6 dan zo moeilijk :shock:

Ik heb net ook dat proefwerk gehad..
vraag 1, bereken de massa van:  

a. 2,5 mol water  

b. 1,4 mol kaarsvet( C18 H36 O2 )
1a) Molaire massa water = 18. Dus één mol weegt 18 gram. Dus 2,5 mol weegt 45 gram.

1b) Molaire massa kaarsvet = 284. Dus één mol weegt 284 gram. Dus 1,4 mol weegt 397,6 gram.
vraag 2, bereken de hoeveel mol er aanwezig is in:  

a. 100,0g ammoniak  

b.30,0g ammoniumnitraat.
2a) Ammoniak = NH3. Molaire Massa = 17. dus één mol weegt 17 gram. Dus 100 gram = 5,88 mol

2b)AmmoniumNitraat = NH4NO3 Molaire Massa = 79 Dus één mol weegt 79 gram. Dus 30 gram = 0,38 mol
vraag 3  

We hebben 5 minimol koolstofdioxide. hoeveel mg water bevat eveneveel Moleculen.
De vraag is: Hoeveel miligram water komt overeen met 5 milimol.

1 mol water weegt 18 gram. 5 milimol = 0,005 mol.

0,005 mol = 0,09 gram = 90 mg.
Vraag 4  

we lossen 0,0240 mol glucose (C6H12O6) in water op tot 400 ml oplossing.  

a. bereken de concentratie van glucose in deze oplossing.  

b. we nemen 25ml van deze oplossing. Hoeveel mol glucose bevat deze oplossing.
4a) concentratie = aantal mol / liter. = 0,0240 mol / 0,400 Liter = 0,06 mol/liter

4b) 400 ml = 0,0240 mol. dus 25 ml = 0,0015 mol
We willen 250 ml oplossing maken, met [AL (ionlading)3+]=0,20M (molariteit)  

bereken hoeveel g aluminiumchloride hiervoor moeten oplossen.
Oke.. 0,20M betekent: per liter zit er 0,20 mol in.

dus per 250 ml zit er 0,05 mol in.

Je hebt dus 0,05 mol Al nodig. Dus heb je 0,05 mol AlCl3 nodig.

1 mol AlCl3 weegt 133,5 gram. Dus 0,05 mol weegt 6,7 gram.

Reageer