Vergelijken logaritmische - lineaire lijnen

Moderators: dirkwb, Xilvo

Reageer
Berichten: 4

Vergelijken logaritmische - lineaire lijnen

Voor mijn masterthesis (orthopedagogiek) ga ik met een getallenlijntaak meten hoe nauwkeurig leerlingen kunnen schatten. De getallen worden op drie manieren afzonderlijk aangeboden (visueel, analoog en verbaal) en leerlingen moeten op een getallenlijn aangeven waar de getallen ongeveer moeten staan. Per aanbiedingsvorm wordt een grafiek gemaakt met op de x-as de daadwerkelijke waarde en op de y-as de aangegeven waarde door de leerling. Als het goed is, ontstaat er een lijn die van logaritmisch naar lineair gaat. Ik veronderstel dat de lijnen ongeveer gelijk lopen. Er zal ongetwijfeld enig verschil tussen de drie lijnen zijn. Hoe kan ik testen of de lijnen significant van elkaar afwijken? Hopelijk heeft iemand tips en alvast bedankt voor het meedenken!

Berichten: 21

Re: Vergelijken logaritmische - lineaire lijnen

Ik begrijp eigenlijk niet waar het logaritmische vandaan zou komen, kan je dat verder uitleggen?

Voor zover ik jou vraag begrijp lijken de twee meest aannemelijke methodes:

- Je berekent de drie correlatiecoëfficiënten tussen aangegeven en daadwerkelijke waarden, en je doet 2 aan 2 een test op verschil tussen twee correlatiecoëfficiënten. Nadeel: inflatie type-I fout (doch valt te corrigeren via Bonferroni,...).

- Je berekent voor ieder kind en iedere test de afwijking tussen aangegeven en daadwerkelijke waarde. Vervolgens voer je een herhaalde metingen ANOVA uit. Indien je vervolgens een effect vindt van "aanbiedingsmanier" kan je via post-hoc tests nagaan waar het verschil zit.

De tweede methode lijkt bij een andere vraagstelling te horen: "bij welke aanbiedingsmanier is het verschil tussen aangegeven en daadwerkelijke waarde het grootst/kleinst", maar in feite komt dit op exact hetzelfde neer als de vraagstelling "waar is het verband tussen aangegeven en daadwerkelijke waarde het kleinst/grootst"

Berichten: 44

Re: Vergelijken logaritmische - lineaire lijnen

Ik heb geen antwoord op de vraag. Maar ik heb wel een idee waar de overgang van logaritmisch naar lineair van kan komen... (voor mensen die dan wel kunnen helpen)

Volgens mij heeft het te maken met absolute fouten en procentuele fouten. Stel dat de absolute fout vrij constant is dan gaat de procentuele fout een degressief verloop kennen en voor hoge waarden al rap naar 0 tenderen.

Trek je dan de procentuele fout af van 100% dan krijg je eerst een concave functie en daarna een horizontale...

een ln x is concaaf, de horizontale is lineair.

ofwel wordt er een logaritmische of semi logaritmische schaal gebruikt om de waarden gemakkelijk op een grafiek te krijgen. Dan krijg je volgens mij ook iets gelijkaardig bij constante absolute fout, wan't het verschil tussen ln(2) en ln(3) is groter dan ln(2002) - ln(2003) of iets in die richting...

Reageer