Hoe werk ik dit uit?

Halt

Hallo,

Ik moet een verslag maken voor Natuurkunde. Tot nu toe gaat het prima alleen ik loop ergens tegenaan.

Ik heb het volgende:

Ik moest in een proefje warm en koud water mengen in een Dewarvat, en daarna de warmtecapaciteit C van het Dewarvat berekenen.

Ik heb deze gegevens:

Koud Water:

T0 = 27 °C

Teind = 50 °C

Warm water:

T0 = 27 °C

T1 = 51 °C

Teind = 45 °C

m = 0,1 kg

c = 4,18*10^3

Nu heb ik de volgende formule toegepast:

Qop = Qaf

C * ΔTkoud + (c * m * ΔTkoud) = c * m * ΔTwarm

C * 23 + (4,18*10^3 * 0,1 * 23) = 4,18*10^3 * 0,1 * 6

Alleen nu loop ik vast, ik weet niet hoe ik de formule verder moet uitwerken tot ik de C heb berekend.

Kan iemand mij hiermee helpen?

Rexxar

je moet gewoon de C van het vat aan een kant van het = -teken krijgen en dan kan je het uitrekenen. het enige wat je over het hoofd ziet is dat de ΔTwarm niet 6 is maar -6, want je gaat van 51 naar 45 en niet andersom.

dan moet je alles uitrekenen en C isoleren, en dan kan je C berekenen.

misschien dat Jan van de Velde het wat makkelijker uit kan leggen zodat je hier minder problemen mee hebt.

Halt

Rexxar schreef:je moet gewoon de C van het vat aan een kant van het = -teken krijgen en dan kan je het uitrekenen. het enige wat je over het hoofd ziet is dat de ΔTwarm niet 6 is maar -6, want je gaat van 51 naar 45 en niet andersom.

dan moet je alles uitrekenen en C isoleren, en dan kan je C berekenen.

misschien dat Jan van de Velde het wat makkelijker uit kan leggen zodat je hier minder problemen mee hebt.

ooh -6, bedankt!

ik hoop dat Jan het kan uitleggen want ik snap wel dat ik C aan de ene kant van = moet hebben, en de rest aan de andere kant ](*,)

Maar als ik bv dit doe:

C * 23 + 9614 = -2508

dan kom ik nog niet verder omdat als ik die 9614 naar rechts breng dan blijft de C * 23 over, en wat moet ik daar dan mee doen?

als ik dan -12122 / 23 doe kom ik op -527.04 uit, en volgens mij klopt daar niet zo veel van.....

Jan van de Velde

Halt schreef:C * 23 + (4,18*10^3 * 0,1 * 23) = 4,18*10^3 * 0,1 * 6

C * 23 + 9614 = -2508

( C= -12122 / 23 = -527.04 )(edit jvdv)

en volgens mij klopt daar niet zo veel van.....

dit stuk is prima, maar je voelt je er kennelijk niet zo mee vertrouwd. Onmisbare vaardigheid, laat ik je ons microcursusje voor juist deze techniek van harte aanbevelen:

[microcursus] formules herschrijven / vergelijkingen oplossen

Maar inderdaad, een negatieve C , dat kan niet kloppen. Je doet dus eerder iets fout.

Ik moest in een proefje warm en koud water mengen in een Dewarvat, en daarna de warmtecapaciteit C van het Dewarvat berekenen.

Ik heb deze gegevens:

Koud Water:

T0 = 27 °C

Teind = 50 °C

Warm water:

T0 = 27 °C

T1 = 51 °C

Teind = 45 °C

m = 0,1 kg

c = 4,18*10^3

Nu heb ik de volgende formule toegepast:

Qop = Qaf

C * ΔTkoud + (c * m * ΔTkoud) = c * m * ΔTwarm

Om te beginnen kan het niet dat je twee hoeveelheden water in één vat mengt en dan twee eindtemperaturen haalt.

wat je nodig hebt is:

koud water, hoeveelheid m₁ en begintemperatuur T_b1

warm water, hoeveelheid m₂ en begintemperatuur T_b2

dewarvat, begintemperatuur T_b3

van het geheel (alle water en dewarvat): de eindtemperatuur. T_e

C·(T_e-T_b3) + m₁·c_water·(T_e-T_b1) + m₂·c_water·(T_e-T_b2) = 0 (ofwel, de som van alle warmtestromen is 0)

Dit is nog een vrij eenvoudig sommetje. Als je met ingewikkelder systemen moet gaan werken is jouw aanpak met die Q_op en Q_af hopeloos verwarrend. Jouw schuld niet, dit wordt in vrijwel alle schoolmethodes helaas verwarrender gemaakt dan nodig ](*,) .

Weer maar een aanbeveling:

[microcursus] warmtecapaciteit deel 1: basisbegrippen

[microcursus] warmtecapaciteit deel 2: de rekenbladmethode

Halt

C·(T_e-T_b3) + m₁·c_water·(T_e-T_b1) + m₂·c_water·(T_e-T_b2) = 0 (ofwel, de som van alle warmtestromen is 0)

Ja dat snap ik wel, maar hoe word de formule dan als het C=........... wordt?

Jan van de Velde

Die kun je wel als formule met allemaal onbekenden gaan herschrijven, maar waarom zou je? Vul in wat je aan gegevens hebt, reken de diverse stukken uit zover je kunt, en je houdt een uitdrukking over met C, een plus en een keer en twee getallen. Dat je zoiets weet op te lossen liet je eerder al zien.

Halt

Die kun je wel als formule met allemaal onbekenden gaan herschrijven, maar waarom zou je? Vul in wat je aan gegevens hebt, reken de diverse stukken uit zover je kunt, en je houdt een uitdrukking over met C, een plus en een keer en twee getallen. Dat je zoiets weet op te lossen liet je eerder al zien.

ja klopt, maar ik weet niet hoe ik dat moet noteren. ik heb een voorbeeld nodig....

ik heb het geprobeert, meedere keren maar het lukte niet, ik kwam niet op de C

Jan van de Velde

Heel de formule omgewerkt met alle onbekenden, of ingevuld met de getallen en zover als mogelijk uitgerekend? Of vond je niet de C die je volgens het antwoordenboekje móest vinden? Wat bedoel je?

Halt

Heel de formule omgewerkt met alle onbekenden, of ingevuld met de getallen en zover als mogelijk uitgerekend? Of vond je niet de C die je volgens het antwoordenboekje móest vinden? Wat bedoel je?

ik heb de formule ingevult.

maar hoe ik hem verder uit moet werken en dat op moet schrijven weet ik niet. wat zijn de volgende stappen?

ik weet niet hoe je het moet omwerken ofzoiets..... ](*,)

Jan van de Velde

dan heb je nu dus zoiets als:

C x 15 - 105 = 0

(de getallen 15 en 105 komen uit mijn dikke duim, ik heb jouw gegevens niet, van wat er in je eerdere posts staat kan ik geen chocola maken)

beide zijden 105 bij optellen

C x 15 = 105

dan beide zijden dor 15 delen:

C= 105 : 15

uitwerken:

C= 7 J/K

nogmaals, ga hiermee aan de slag, inclusief de bijgeleverde oefeningen:

[microcursus] formules herschrijven / vergelijkingen oplossen

In het rekenwerk voor natuurkunde, scheikunde en economie kun je eigenlijk geen dag zonder deze basisvaardigheid. Het is maar een kunstje, als je het een keer door hebt is er niks meer aan.

Halt

Jan van de Velde schreef:dan heb je nu dus zoiets als:

C x 15 - 105 = 0

(de getallen 15 en 105 komen uit mijn dikke duim, ik heb jouw gegevens niet, van wat er in je eerdere posts staat kan ik geen chocola maken)

beide zijden 105 bij optellen

C x 15 = 105

dan beide zijden dor 15 delen:

C= 105 : 15

uitwerken:

C= 7 J/K

Dankjewel! nu lukt het wel weer ](*,)

Halt

ik heb nu gedaan:

C * 18 + (0,05 * 4,18*10^3 *18) + (0,05 * 4,18*10^3 * -6) = 0

C * 18 + 3762 - 1254 = 0

C * 18 + 2508 = 0

C = 2508 / 18 = 1,39*10^2 J/K

klopt dit?

Jan van de Velde

Halt schreef:C * 18 + 2508 = 0

C = 2508 / 18 = 1,39*10^2 J/K

klopt dit?

Kan niet helemaal in orde zijn, want:

C * 18 + 2508 = 0

C * 18 = - 2508

C= - 2508 / 18 = -139 J/K

En dat dewarvat kan geen NEGATIEVE warmtecapaciteit hebben

Je begint nét te laat met je stappen hier neer te plakken, ik zie niet met zekerheid welke waarden je hebt gebruikt

Vul eens in na de puntjes?

koud water,

hoeveelheid m₁ ............

en begintemperatuur T_b1................

warm water,

hoeveelheid m₂..............

en begintemperatuur T_b2.................

dewarvat,

begintemperatuur T_b3 ....................

van het geheel (alle water en dewarvat):

de eindtemperatuur. T_e ...................

Wetenschapsforum

Laatste berichten

Nieuwsberichten

Hoe werk ik dit uit?

Hoe werk ik dit uit?

Re: Hoe werk ik dit uit?

Re: Hoe werk ik dit uit?

Re: Hoe werk ik dit uit?

Re: Hoe werk ik dit uit?

Re: Hoe werk ik dit uit?

Re: Hoe werk ik dit uit?

Re: Hoe werk ik dit uit?

Re: Hoe werk ik dit uit?

Re: Hoe werk ik dit uit?

Re: Hoe werk ik dit uit?

Re: Hoe werk ik dit uit?

Re: Hoe werk ik dit uit?