Ik ben bezig aan mijn eindwerk over statistiek en kom vast te zitten bij een waarschijnlijk heel eenvoudige oefening, maar ik zie de oplossing niet?
Kan iemand mij hierbij helpen? Ik ben grotendeels toch wel de draad kwijt1. Je test een hypothese met als alternatieve hypothese p>p0 (gemiddelde is groter dan startschatting vh gemiddelde). Je berekent de z-score van het steekproefresultaat en vindt zobs=2,01. Beantwoord a.d.h.v. de 68-95-99.7-regel: zijn de gegevens significant op het 0,05-niveau? Waarom (niet)?
2. Stel dat bij dezelfde alternatieve hypothese geldt: zobs=1,61. Gebruik kritieke z-waarden of je GRM om na te gaan of dit gegeven significant is op het 0,05-niveau. Vanaf welke z-score zal er wel significantie zijn op het 0,05-niveau?
3. Welke is de kritieke z-waarde indien je bij een tweezijdige hypothese een significantie op het 0,05-niveau wil? En wat als je op het 0,001-niveau werkt?
mvg,
Rune
Ik dacht dit te antwoorden:
Maar het boek zegt:1. Ja, de gegevens zijn significant. Immers bevinden 95% van de gevallen zich binnen [p-1.96z ; p+1.96z] en is P dus kleiner dan 0,05 (en kleiner dan het significantieniveau dus ook)
2. Neen, deze waarden liggen binnen z=1.96. Vanaf dat z>1.96 zijn de gegevens significant
3. Had ik nog geen idee over ](*,)
1) Ja
2) Neen, vanaf 1,64
3) 1,96 en 3,29