Ik heb een oefening gemaakt waarvan ik geen verbetering heb. Zou er iemand ze eventjes willen nakijken aub?
Verhouding M/mTwee massa's, m en M, liggen elk op een zijde van een zachte helling, verbonden met een touw dat over een wrijvingsloze katrol glijdt. De hellingen maken respectievelijk een hoek van 53° en 47° met de grond. Welke waarde moet de verhouding M/m zijn opdat alles stil zou blijven hangen? Wat is de spanning in het koord voor deze voorwaarden, uitgedrukt in M en g?
Opdat de massa's in rust zouden blijven hangen moet:
g m sin 53° = g M sin 47° => M/m = sin 53°/sin 47°
Spanning in de koord