In het geval van een 3x3-matrix
\( A_{rs} \)
, waar de indices r en s dus 1,2 of 3 kunnen zijn, zegt je formule dat
\( det(A)= e_{ijk}A_{1i}A_{2j}A_{3k} \)
.
Hier moet je inderdaad over alle (27) mogelijke combinaties sommeren.
Nu is die
\( e_{ijk} \)
een tensor (een soort 3-dimensionale matrix) bestaande uit 3*3*3 getallen, waarvan de meeste nul zijn:
\( e_{113}=0 \)
, omdat 2 indices gelijk zijn.
Als de 3 indices verschillend zijn is
\( e_{ijk} \)
gelijk aan 1 of -1.
\( e_{123}=1 \)
per definitie, maar
\( e_{213}=-1 \)
omdat je 213 krijgt na 1 (=oneven) permutatie van 123. Nog een permutatie van indices geeft weer een 1:
\( e_{231}=1 \)
.
Omdat de meeste
\( e_{ijk} \)
nul zijn hoef je slechts te sommeren over 6 combinaties 123, 132, 213, 231, 312, 321 . (3 even, 3 oneven).
ps: Ik zou
\( e_{ijk} \)
geen permutatie-symbool noemen, maar een volledig anti-symmetrische tensor.
daarmee wordt bedoeld dat
\( e_{ijk} \)
overgaat in min zichzelf bij een verwisseling van 2 indices:
\( e_{ijk} = - e_{jik} \)
etc.
samen met
\( e_{123}=1 \)
, volgen alle eigenschappen.
bijv
\( e_{122}=-e_{122}\)
, dus
\( e_{122}=0\)
succes verder.