Eicel-, zaadcel- of embryoselectie óók voor mensen met psychische aandoeningen?

Moderator: ArcherBarry

Gesloten
Berichten: 2

Eicel-, zaadcel- of embryoselectie

Een vrouw die draagster is van een erfelijke variant van borstkanker, kan door middel van eicelselectie toch een gezond kindje krijgen. Ik vind dit zelf een prachtige oplossing. Echter vind ik dat dit ook mogelijk zou moeten zijn voor mensen met (erfelijke) psychische stoornissen. Hoeveel mensen, waar misschien helemaal niet bij wordt stilgestaan, moeten hun kinderwens laten varen omdat zij willen voorkomen dat hun kind net zo'n moeilijk leven krijgt als zijzelf hebben (gehad)?? Zoiets is toch afschuwelijk, als je door (een) erfelijke stoornis(sen) geen baby 'kunt' krijgen? Zelf kan ik mij dit heel goed voorstellen... Als je (als kind) constant geworsteld hebt met je identiteit, constant bent gepest, problemen hebt gehad, depressief bent geweest, enz., dan wil je natuurlijk niet dat je kind hetzelfde overkomt. Bij de een zit kanker in de familie, bij de ander borderline... Wordt hier eigenlijk wel onderzoek naar verricht? In principe kun je via DNA toch alle (drager)eigenschappen opsporen? Ik heb zelf al gelezen dat er tussen de hersens van een ADHD'er en een niet-ADHD'er heel veel verschillen zijn. Dan kun je dit toch ook bij een embryo herkennen? Wanneer zou dit mogelijk zijn, hoeveel jaren vooruit moet je dan denken??

Gebruikersavatar
Berichten: 8.557

Re: Eicel-, zaadcel- of embryoselectie

ADHD heeft niet een specifieke gen variant zoals onder andere bij borst kanker het geval is met BRCA I en BRCA II.

linkje.

Voordat je bij een 'embryo' de verschillen in hersenactiviteit kan meten tussen ADHD en niet ADHD aandoeningen ben je al dusverre laat dat je retroactieve abortus zou moeten laten plegen, niet echt aan te bevelen. Los van alle mogelijke technische problemen heb je te maken met een ethische discussie die vervolgens gevoerd zou moeten worden in de politiek aangezien niet iedereen van mening is dat elke genetische aandoening/variatie indien mogelijk voorkomen dient te worden.
"Meep meep meep." Beaker

Gebruikersavatar
Berichten: 1.820

Re: Eicel-, zaadcel- of embryoselectie

Het probleem, Roodkapje, is dat het voor psychische stoornissen helemaal niet duidelijk is, tot op heden, welke genen er gelinkt zijn aan een verhoogd risico ervoor. Er is al veel onderzoek rond gebeurd, maar men komt er gewoonweg niet uit. Bovendien is het onderzoek soms tegenstrijdig: sommige genen die bv. wijzen op een kwetsbaarheid voor depressie, blijken in andere culturen helemaal niet te wijzen op een verhoogde kwetsbaarheid. Zo is de laatste jaren ook meer aandacht ontstaan voor de differential susceptibility hypothese waarbij men vaststelt dat mensen met een verhoogde kwetsbaarheid voor een bepaalde psychische stoornis, een beter welbevinden en functioneren bereiken, als volwassene, dan iemand zonder die genetische kwetsbaarheid. Op voorwaarde dat die persoon mét die kwetsbaarheid een voldoende ondersteunde opvoeding heeft gekregen als kind. Als die daarentegen geen zo'n voldoende 'goede' opvoeding heeft genoten, dan bereikt hij een slechter welbevinden dan iemand zonder die kwetsbaarheid (zie bv. hier)

Dit toont meteen ook een andere erg belangrijke factor voor het optreden van psychische stoornissen: de omgevingsfactoren! Schizofrenie is één van psychische stoornissen, waarvoor een 'hoogste' vorm van erfelijkheid werd vastgesteld: als de ene persoon van een ééneiige tweeling de ziekte heeft, dan is er zo'n 50% kans dat de ander dit ook zal krijgen. Dit is een hoge kans, maar het betekent evengoed dat nog steeds de helft van hen de ziekte niet krijgt. Dit zou dan vooral te wijten zijn aan de omgevingsfactoren (lees: opvoeding en sociale factoren).

Zo is het bv. erg belangrijk dat een kind een veilige hechtingkan opbouwen met z'n verzorgers. Dit betekent dat de verzorgers zoveel mogelijk sensitief (= opvangen wat de baby/ peuter precies nodig heeft, uitgaande van oa. de lichaamstaal van het kind) en responsief (= datgene wat het kind nodig heeft, ook effectief kunnen aanbieden aan het kind) moeten reageren. Een onveilige hechting daarentegen is gelinkt aan een verhoogde kans op psychologische stoornissen, dat is al uit veel onderzoek gebleken.

Verder is het ook erg belangrijk je te realiseren dat, net omdat die opvoeding zo belangrijk is, een kind van iemand met een psychologische stoornis, soms heel wat zaken tekort komt. Men noemt hen KOPP-kinderen (= kinderen van ouders met een psychologisch probleem). Dit is helemaal niet als verwijt naar ouders met een psychologisch probleem bedoeld. Want, deze mensen hebben het erg lastig: ze liggen met zichzelf al heel erg in de knoop en toch moeten ze er nog eens de zorg voor hun kinderen bijnemen. Bovendien hebben deze kinderen dan inderdaad soms ook al, genetische bekeken, een verhoogde kans op dezelfde ziekte als hun ouders, zitten ze ook met heel wat vragen, durven ze vaak hun ouders niet extra lastig vallen omdat die het al zo moeilijk hebben enz... Ze vinden zelf vaak te weinig steun en troost, terwijl ze met al die problemen geconfronteerd worden.

Een bijkomend probleem kan bv. ook zijn dat de ouder, net door een traumatisch verleden, niet zo goed weet hoe ermee om te gaan als zijn/ haar kind dezelfde problemen vertoont als hij/ zijzelf in het verleden. Zo'n ouder kan bv. z'n eigen angst op het kind gaan overbrengen, waardoor het kind eigenlijk niet op een goede manier leert omgaan met z'n eigen angsten (= modeling = leren door imiteren van gedrag). En zo zijn er nog heel veel voorbeelden te geven over hoe een ouder, die het zeker erg goed voorheeft met z'n kind, het kind toch onvoldoende kan helpen in het 'verteren' van z'n eigen angsten en onzekerheden.

Al die zaken zorgen ervoor dat de kans dat het kind ook diezelfde ziekte krijgt als z'n ouder, echt wel hoger wordt. Maar dat is dan vooral ook te wijten aan het feit dat hun opvoeding (in de brede zin van het woord) nogal problematisch verlopen is (vergelijk het met die getallen voor schizofrenie dat met 50% het hoogste aandeel in biologische factoren kent). Trouwens, vergeet ook niet die differential susceptibility hypothese: als zo'n kind mén een kwetsbaarheid wél terecht komt bij ouders die hem/ haar voldoende kunnen ondersteunen, dan zal zo'n kind soms een beter welbevinden kennen dan een kind zonder die kwetsbaarheid.

Er zijn ook veel mensen die een psychische stoornis ontwikkelen, terwijl ze genetisch bekeken vermoedelijk helemaal niet meer kwetsbaar zijn aan die stoornis. Maar, als de sociale omgeving (opvoeding, het optreden van ernstige levensgebeurtenissen zoals sterfte van ouders ed.) maar 'genoeg' tegenzit, zullen deze mensen ook een psychische stoornis ontwikkelen. Zo is bekend dat een psychose wel vaker optreedt bij mensen die zich bevinden middenin een acuut trauma.

Tenslotte is het ook zo dat er tot op vandaag, met geen enkel technisch onderzoek (zoals beeldvorming van de hersenen met bv. een scan) met zekerheid een psychische stoornis kan worden vastgesteld. Met andere woorden: enkel en alleen met de foto's van iemands hersenen kan niemand vandaag al voorspellen of die baby een psychische stoornis heeft/ zal hebben, zoals depressie, ADHD, schizofrenie, manisch depressieve stoornis, angststoornis, autisme,...

Dit alles zorgt ervoor dat:

1) het mogelijk is dat we nooit genen zullen vinden die altijd wijzen op het voorkomen van een psychische stoornis. Of nog, dat een bepaald gen (of vooral, een combinatie van meerdere genen) zal betekenen dat die persoon bv. 30% méér kans heeft op het krijgen van een psychische stoornis dan iemand anders. Maar dat zal evengoed betekenen dat diezelfde persoon (als de opvoedingsfactoren mee-zitten) nog méér kans heeft dat hij die psychische stoornis niet zal krijgen.

2) met beeldvorming (zoals een CT-scan) is het al helemaal niet mogelijk om diagnoses te stellen van een psychische stoornis. Ze kunnen wel aanvullend worden gebruikt om een diagnose te verfijnen, maar de diagnose zal +/- steeds gebaseerd zijn op het verhaal van de patiënt zelf (en/ of z'n omgeving).

3) er gebeurt heel veel genetisch onderzoek naar die factoren, maar men krijgt meer en meer de indruk dat er niet zomaar 1 gen is voor 1 stoornis en mogelijks zelfs niet eens 'meerdere genen' voor 1 bepaalde stoornis

4) de omgevingsfactoren zijn minstens even belangrijk bij het optreden van een psychische stoornis en die kan men natuurlijk met geen enkel genetische test/ selectie wegwerken.

Ik heb het hier allemaal, voor de eenvoud, nogal kort door de bocht voorgesteld. Maar dit geeft toch in een notendop weer wat het probleem is waar men mee te kampen heeft.

Dido
Ik ben niet jong genoeg om alles te weten...
-Oscar Wilde-

Gebruikersavatar
Berichten: 1.820

Re: Eicel-, zaadcel- of embryoselectie

Ik merk, Roodkapje, dat je diezelfde vraag eigenlijk al eens hebt gesteld: http://www.wetenschapsforum.nl/index.php?s...st&p=591529. En ik vrees dat het antwoord dus maar weinig veranderd is in die korte periode.

Dido
Ik ben niet jong genoeg om alles te weten...
-Oscar Wilde-

Gebruikersavatar
Berichten: 8.557

Re: Eicel-, zaadcel- of embryoselectie

En derhalve dus ook wederom een slotje
"Meep meep meep." Beaker

Gesloten