Ik maak nu het bericht af.
Beste allemaal,
Ik heb vandaag een tentamen gehad en daarop kwam de volgende vraag:
Voor welke
Nee hoor, de algebraïsche multipliciteit mag gerust groter zijn dan 1, maar dan moet de meetkundige (of geometrische) multipliciteit hetzelfde zijn.Een derde eigenvector bestaat wel, maar die is niet lineair onafhankelijk van de andere twee. Je kunt bijv a*E_1 nemen met a een constante. Als de algebraische multipliciteit van een eigenwaarde > 1 is, dan is die matrix niet diagonaliseerbaar. (dus voor elke a in R niet)
Ja, (1,0,0) blijkt dus inderdaad de tweede oplossing te zijn als de eigenvalue 2 is. Maar ik begrijp alleen niet hoe ze daar op komen.TD schreef:Nee hoor, de algebraïsche multipliciteit mag gerust groter zijn dan 1, maar dan moet de meetkundige (of geometrische) multipliciteit hetzelfde zijn.
@Fruitschaal: (1,0,0) is toch ook een oplossing van het stelsel in het tweede geval...?
Aha, ik begrijp het. Ik naam aan dat de waarde van x1 0 was.En x1 is vrij te kiezen, want voor elke x1 is 0*x1 = 0; oplossingen zijn dus (x1,x2,x3) met inderdaad x2 = x3 zodat de algemene oplossing (x1,x3,x3) is. Vergelijk dit met mijn eerdere notatie met a en b, uit elkaar halen en de eigenvectoren zijn gewoon af te lezen.