Bij deze vraag loop ik tegen heel wat problemen aan, dit komt denk ik omdat de nederlandse wiskunde erg verschilt van de Belgische. Bij het uitrekenen van een asymptoot, deed je dat niet algabraïsch maar je plotte de grafiek simpelweg in je GR en zo kon je makkelijk zien wat de asymptoot was, maar dit geheel terzijde..Klintersaas schreef:Gegeven de veeltermfunctie
\(f: x \mapsto y(x) = 5bx^3 + 5abx^2 + cdx + acd\)met a, b, c, d allen verschillend van nul. Welke van de volgende uitspraken is niet juist?
- f[/i] heeft geen schuine asymptoot.
- f heeft -cd/5b als nulpunt.
- Als b = cd heeft f slechts één reëel nulpunt.
- Als a = 3 heeft f als nulpunt -3.
Verborgen inhoud
Stel een vraag over deze oefening.
(Herkomst: simulatie-examen EMSA 2009)
Allereerst de eerste uitspraak: Ik heb geen idee hoe je de asymptoot berekent van een gewone functie, laat staan hoe je dit doet voor een functie met zoveel variabelen, is daar een soort formule voor?
Dan de tweede uitspraak: Bedoelen ze dat als je -cd/5b als x invult er dan 0 uit moet komen? Dat was in ieder geval mijn aanpak, en volgens mij heb je er hier niks aan want je komt uit op een paar breuken en een constante acd, en zeker niet op 0.
Dan de derde uitspraak: Volgens mij snap ik wat ze bedoelen met "reëel" nulpunt, bedoelen ze misschien dat de functie de x-as slechts eenmaal snijdt? Ik heb b vervangen door cd in de functie in te vullen, ik kom hier dan weer op een paar variabelen uit, en ik weet dan niet hoe je verder moet.
Ten slotte de vierde uitspraak: Ook hier loop ik tegen hetzelfde probleem aan, ik vul 3 in voor a in de functie en krijg dan weer een stel variabelen, hoe moet ik dan verder?
Misschien een hele kluif voor jullie om mij dit bij te brengen, toch zou ik jullie hulp erg waarderen. Zou mooi zijn als ik zo'n soort vraag morgen op het examen goed kan beantwoorden.