Ik heb enkele meerkeuzevragen in een boek maar weet niet zeker of mijn berekeningen kloppen (de antwoorden weet ik wel, stonden erbij)
1) Welke van de volgende stoffen bevat de meest polaire binding?
A) F2
B) CS2
C) CF4
D) BrCl
Juiste antwoord, C. (de 2's en de 4 horen bij F, S en F ter verduidelijking)
Hoe komt dit? Bedoelen ze hier bij polaire binding gewoon diegene met het grootste verschil in ENW? Omdat het dan tot ladingsverschuiving kan leiden enz. In dat geval is het logisch dat het C is.
2) Men vermengt 1,00 liter van een NaOH met pH=13 met 1,000 liter van een KOH oplossing met pH = 11. Wat is juist ivm de pH van de eindoplossing?
A) Lager dan 11
B) 12
C) tussen 11 en 13, maar geen 12
D) hoger dan 13
A en D kunnen niet, das logisch maar waarom kan het niet 12 zijn? omdat ze niet dezelfde atoommassa hebben ofwat? (juiste antwoord is dus C)
3) Men borrelt waterstofchloridegas door 20 liter van een waterige natriumhydroxideoplossing (25°) met pH 12 tot de pH van de resulterende oplossing 11 bedraagt.
Welk is het volume gas dat onder standaardvoorwaarden in de oplossing moet worden opgenomen?
A) 2.2 liter
B) 4.0 liter
C) 45 liter
D) de dichtheid van het gas moet gekend zijn om tot een oplossing te komen
(juiste antwoord is B)
Hier heb ik al even op zitten zoeken. Ik had gedacht om de concentratie van NaOH te berekenen door: 12 = 14 - log F(b) => Concentratie = 0.01 mol / L
Dan heb je 20 L dus 0.01 mol / L * 20 L = 0.20 mol
Maar dan zit ik vast... Het enige dat ik kan bedenken is dat je dan ook 0.20 mol HCL zal erbij doen maar ja...
Mercikes voor de hulp.
Laatste berichten
-
11:59
do-re-mi-fa-so vliegtuigen 3
-
11:32
[scheikunde] Kan chloorgas de geleiding van elektriciteit belemmeren? 6
-
11:31
geen minkowski-ruimte toch? Doe ik dit nou fout? 14
-
10:42
projectiel 8
-
10:37
Verschil tussen deze 2 vragen 5
-
09:48
Schroefdraad berekening 4
-
09:25
[scheikunde] berekeningen labo vitamine c bepaling 1
-
19:29
[wiskunde] rode en witte ballen verdelen 8
-
17:23
Rotatie van het heelal 41
-
22 apr
Weerfrustratie 5
-
22 apr
Muntje opgooien 14
-
21 apr
Reactiviteit silyl enol ethers 1
-
21 apr
Criterium voor vochtretentie
-
21 apr
speciale rel. theorie 5
-
21 apr
Vogels in de stad zijn goede klussers
-
21 apr
Ervaringen met "herontdekkingen" 15
-
20 apr
Herleiden afmetingen vanaf een foto 19
-
20 apr
Stank rotte eieren uit de warmwaterboiler 11
-
20 apr
Nut warmtepomp 18
-
20 apr
Airco bevriezings kans berekenen. 17
Nieuwsberichten
-
04 mar
Een nieuw soort magnetisme: altermagnetisme
-
31 okt
AI kan via stem diabetes vaststellen 11
-
21 okt
Einstein krijgt wéér gelijk 45
-
07 feb
witter dan wit 20
-
19 jun
irrigatie en de aardas
[scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
Moderators: ArcherBarry, Fuzzwood
-
- Berichten: 677
Re: [scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
1) Inderdaad. Merk wel op dat CF4 geen polaire verbinding is!!
2) De pH wordt in deze oplossingen bepaald door de [OH-] concentratie. Reken voor elk van de oplossingen uit hoe groot [OH-] is en reken dan de [OH-] uit van de eindoplossing. Bereken hieruit de pH.
3) Welk volume neemt 0,2 mol HCl in? Neem hiervoor de ideale gaswet, en neem p = 1 atm, en kamertemperatuur
2) De pH wordt in deze oplossingen bepaald door de [OH-] concentratie. Reken voor elk van de oplossingen uit hoe groot [OH-] is en reken dan de [OH-] uit van de eindoplossing. Bereken hieruit de pH.
3) Welk volume neemt 0,2 mol HCl in? Neem hiervoor de ideale gaswet, en neem p = 1 atm, en kamertemperatuur
-
- Berichten: 4.771
Re: [scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
Bij probleem 3:
Je hebt wel de concentratie aan OH- juist berekend; bij pH 12 is die 0,01 mol/l oftewel 0,2 mol in 20 l.
Maar dan zeg je dat er ook 0,2 mol HCl bij moet. Dan zou je pH 7 krijgen..., de opgave is: naar pH 11.
De suggestie van Jooken is goed, maar je moet dus niet uit gaan van 0,2 mol HCl...
Je hebt wel de concentratie aan OH- juist berekend; bij pH 12 is die 0,01 mol/l oftewel 0,2 mol in 20 l.
Maar dan zeg je dat er ook 0,2 mol HCl bij moet. Dan zou je pH 7 krijgen..., de opgave is: naar pH 11.
De suggestie van Jooken is goed, maar je moet dus niet uit gaan van 0,2 mol HCl...
-
- Berichten: 11.177
Re: [scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
Bij 3: hoeveel mol OH- moet er verdwijnen om pH=11 te krijgen, beginnend van pH=12? Die hoeveelheid is meteen het aantal mol HCl wat erbij komt.
-
- Berichten: 9
Re: [scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
Ok, een poging.
12 = 14 + log x => was 0.01
11 = 14 + log x => dus 0.001 mol / L
Dus, het aantal HCl is dan 0.001 mol / 4 L => 25 * 10-5
Maar als je dit dan invult in 11 = 14 + log (25 * 10-5) dan krijg ik 10.4, wat ik toch een grote afwijking vind...
12 = 14 + log x => was 0.01
11 = 14 + log x => dus 0.001 mol / L
Dus, het aantal HCl is dan 0.001 mol / 4 L => 25 * 10-5
Maar als je dit dan invult in 11 = 14 + log (25 * 10-5) dan krijg ik 10.4, wat ik toch een grote afwijking vind...
-
- Berichten: 11.177
Re: [scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
Dat is dus ook fout. Wat heb je moeten doen om in eerste instantie aan die 0,2 mol te komen? 10^-2 is namelijk geen 0,2.
-
- Berichten: 9
Re: [scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
Sorry, het was 0.01, maar veel maakt dat toch niet uit of niet? Ik weet namelijk geen andere berekeningsmethode.
-
- Berichten: 11.177
Re: [scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
Het is uiteraard de enige manier, je vergeet alleen te corrigeren voor die 20 liter 
En 10-(14-11) is wel degelijk 0,001 mol/l
En 10-(14-11) is wel degelijk 0,001 mol/l
-
- Berichten: 11.177
Re: [scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
Hoeveel mol HCl-gas moet het dan zijn?
-
- Berichten: 9
Re: [scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
Wel, het is simpeler dan ik dacht.
De concentratie OH- verandert dus van 0.01 naar 0.001. In totaal dus 0.009 mol dat is weggereageert. Dus, we krijgen 0.18 mol OH- in totaal dat weg is (20L namelijk).
Dan, 22.4 L / mol maal 0.18 mol en we hebben 4 L .
De concentratie OH- verandert dus van 0.01 naar 0.001. In totaal dus 0.009 mol dat is weggereageert. Dus, we krijgen 0.18 mol OH- in totaal dat weg is (20L namelijk).
Dan, 22.4 L / mol maal 0.18 mol en we hebben 4 L .
-
- Berichten: 50
Re: [scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
probleem 2
is volgens mij
NaOH pH = 13 betekent 13 = 14 + log OH
-2 = log OH
dus concentratie 10^-2
KOH pH = 11 betekent 11 = 14 + log OH
Dus concentratie 10^-3
Als ik van elk 1 L bij elkaar voeg krijg ik 0.011 mol op 2 L dus 0.0055 mol/L
pH = 14 + log 0.0055 = 11.7
is volgens mij
NaOH pH = 13 betekent 13 = 14 + log OH
-2 = log OH
dus concentratie 10^-2
KOH pH = 11 betekent 11 = 14 + log OH
Dus concentratie 10^-3
Als ik van elk 1 L bij elkaar voeg krijg ik 0.011 mol op 2 L dus 0.0055 mol/L
pH = 14 + log 0.0055 = 11.7
-
- Berichten: 50
Re: [scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
Beste Muismat
Dat boek met de meerkeuze vragen. Is dat een speciaal boek? Ben me aan het voor bereiden voor toelatingexamenarts. Weet er nog iemand tips?
groetjes Kitty
Dat boek met de meerkeuze vragen. Is dat een speciaal boek? Ben me aan het voor bereiden voor toelatingexamenarts. Weet er nog iemand tips?
groetjes Kitty
-
- Berichten: 4.771
Re: [scheikunde] Enkele meerkeuzevragenproblemen.
Dit is niet correct: 13 - 14 = -1 ...kitty11 schreef: probleem 2
is volgens mij
NaOH pH = 13 betekent 13 = 14 + log OH
-2 = log OH
dus concentratie 10^-2
