[scheikunde] tetraeders,eliminatie,chair&boot form

stephanp

hallo allemaal,

Een tijd terug had mijn leraar het over hoeken en vormen van moleculen. Hier heb ik een vraag over en nog een paar kleine vraagjes

hij begon bij een figuur met 2 regio's.

voorbeeld:

S = C = S de valentie elektronen staan nog niet bij de S geschreven ( ik wist even niet hoe dit moest. ) Dit moeten er voor elke S 4 zijn.

Hij vertelde mij dat je naar het aantal regio's moest kijken. Bij deze stof waren er dat 2 namelijk de 2 dubbele bindingen hierdoor kreeg je een lineair figuur met een hoek van 180graden.

dan 3 regio's

_

O = S = O De 2 valentieelektronen die ik nog bij het zwavel atoom moet tekenen heb ik erbij getekend met behulp van een streepje die duid 2 valentie elektronen aan. De valentie elektronen bij de zuurstof atomen heb ik er nog niet bij getekend.

Hij vertelde mij dat je hier 3 regio's hebt. Namelijk de 2 dubbele bindingen en de 2 valentie elektronen van Zwavel. Dus dan krijg je een driehoekfiguur met hoeken van 120graden.

dan 4 regio's en hier ligt tevens mijn probleem.

H2O ( ik weet niet hoe ik de 2 kleiner moet maken ).

Je hebt hier de volgende structuurformule:

-

H - O - H De streepjes onder en boven de O stellen weer de valentieelektronen voor

-

2 per streepje.

Hij vertelde mij dat dit een tetraeder is want je hebt namelijk 4 regio's de 2 bindingen en de streepjes boven en onder de O dan krijg je dus hoeken van 109.5graden.

Hoe kan dit aangezien je bij de S = C = S ook 4 valentieelektronen per S atoom hebt. Waarom worden die daar niet meegerekend als regio en bij H20 wel ?

En hetzelfde bij O = S = O je hebt hier ook weer 4 valentieelektronen per zuurstof atoom die worden daar ook niet meegrekend als regio.

dan mijn tweede vraag:

( Organic chemistry 3e editie boek van brown hoofdstuk 3 )

De stoel en boot vorm.

Ik heb de formule 1,2,4-trimethylcyclohexaan. Ze vragen mij hier de stoel conformatie te tekenen van de deze stof. Ik begin weer door een cyclohexaan te tekenen en op plek 1,2 en 4 methyl groepen aan te brengen maar hoe teken ik nu de stoelvorm hiervan en de bootvorm. Moet ik bij de stoelconformatie gewoon 1 CH3 groep omhoog tekenen en 1 CH3 groep omlaag tekenen of heb ik het mis.

( alvast mijn excuses voor het irritant gebruiken van de cijfers ik weet nog niet hoe ik de getallen lager dan de letters kan krijgen.)

vraag 3:

Gegeven is deze reactievergelijking.

CH3 20% H20 CH3 CH3 CH3

| 80% CH3CH2OH | | |

CH3-C-CL --------------------> CH3COCH2CH3 + CH3COH + CH3C=CH2 + HCL

| | | |

CH3 CH3 CH3 CH3

oke nu de vraag de reactiesnelheid van deze reactievergelijking verloopt 140x sneller als er 80% water en 20% ethanol wordt gebruikt vergeleken met 60% water en 40% ethanol. Waardoor komt dit?

mijn eerste reactie was nou er zullen we veel meer waterstobruggen gevormd kunnen worden. maar dat leek me niet logisch want ethanol kan ook waterstofbruggen vormen. Na een half uur denken kwam ik er nog niet uit. Komt het nu doordat H20 een extra waterstof atoom heeft of komt het ergens anders door?

vraag 4:( boek van brown 3e editie hoofdstuk 4 cis&trans )

Ik had het laatst met mijn leraar over eliminatie aangezien ik dat nog niet goed snapte. Hij vertelde me dit.

Als je een stof hebt bv 2-methyl-2chloorbutaan, kan er met behulp van bijvoorbeeld een OH- ion substitutie optreden zodat 2-methyl-2-butanol ontstaat. Onder andere omstandigheden kan er met dezelfde stoffen 2-methyl-2-buteen ontstaan, omdat er HCl afsplitst(wordt geelimineerd). Je hoeft niet te weten wat de precieze omstandigheden zijn waaronder substitutie, of onder welke omstandigheden eleiminatie optreedt; je moet wel weten dat beide processen kunnen gebeuren.

de eerste 2 stappen snap ik maar hoe ga ik dan naar 2 methyl - 2 buteen en hoe wordt die HCL afgesplitst.

Ik hoop dat iemand mij met mijn problemen kan helpen

mvg, stephan

Marjanne

Hoe kan dit aangezien je bij de S = C = S ook 4 valentieelektronen per S atoom hebt. Waarom worden die daar niet meegerekend als regio en bij H20 wel ?

En hetzelfde bij O = S = O je hebt hier ook weer 4 valentieelektronen per zuurstof atoom die worden daar ook niet meegrekend als regio.

De bindingshoek wordt gemaakt op het centrale atoom. Als de twee atomen aan de buitenkant valentie-elektronen hebben, dan maakt dat voor de bindingshoek geen verschil. Bij H-O-H is dat wel het geval, omdat hier het centrale atoom (O) valentie-elektronen heeft.

Je moet deze hoek van 109,5 ° ruimtelijk zien. Er geldt nl. niet dat de som van de hoeken 360 ° is. In de tetraëder zit de O in het hart. De twee HÂ´s zitten elk op een hoekpunt. De valentie-elektronen van O zitten (even voor het inzicht) op de twee andere hoekpunten. In realiteit zitten ze daar niet, maar zitten ze, zeg maar, in de regioÂ´s die naar deze hoekpunten toewijzen.

stephanp

bedankt ik snap dat gedeelte nu

de reactievergelijking bij 3 is Verkeerd gepresenteerd ik kan het ook niet anders krijgen

Marjanne

Op deze site staat het stoel/boot-verhaal wel goed uitgelegd.

En hier kun je lezen hoe je sub- en superschrift gebruikt voor de ladingen en cijfertjes.

stephanp

bedankt he

Wetenschapsforum

Laatste berichten

Nieuwsberichten

[scheikunde] tetraeders,eliminatie,chair&boot form

[scheikunde] tetraeders,eliminatie,chair&boot form

Re: [scheikunde] tetraeders,eliminatie,chair&boot form

Re: [scheikunde] tetraeders,eliminatie,chair&boot form

Re: [scheikunde] tetraeders,eliminatie,chair&boot form

Re: [scheikunde] tetraeders,eliminatie,chair&boot form