Ik/wij moet(en) voor scheikunde 1,2 op VWO6 niveau een zgn. 'Zelfstandig onderzoek' maken. Nou zijn wij inmiddels bij een proef betreffende de kookpuntsverhoging van aceton. Wij hebben 1,00 gram 2-propanol op in 20 ml aceton opgelost. Hierbij moeten wij d.m.v. de kookpuntsverhoging de molmassa van 2-propanol bepalen. Echter, nu komen de problemen..
Wij hebben bijvoorbeeld de pech dat onze aceton niet zuiver is. Het kookpunt van aceton is 56 graden Celsius (56,53 om precies te zijn). Wij kwamen uit op een abnormaal hoge waarde van 73,8 graden.
Op internet heb ik een formule gevonden om de molmassa te bepalen. Deze is:
ΔT = K * m/M
Hierbij is ΔT de kookpuntsverhoging, K is een constante (voor aceton is deze volgens mij 1.71, maar hier ben ik ook niet zeker over, kan iemand dit verifiëren?), m de molariteit van de op te lossen stof (propanol) t.o.v. de vloeistof (aceton) en M de molmassa van de op te lossen stof (propanol).
Ik ben momenteel bezig met het theoretisch bepalen van de kookpuntsverhoging. Het is echter zo dat 'm' afhangt van het aantal ionen. En dat is waar ik momenteel vast zit. Wat gebeurt er als je 2-propanol oplost in aceton? Molariteiten van beide oplossingen zijn *volgens mij* 1M.
Ook een bizarre ontdekking was dat terwijl wij dit practicum uitvoerden, wij na toevoeging van de 2-propanol op een maximale temperatuur kwamen van 104 graden Celsius, maar de vloeistof kookte nog niet! Nou snap ik dat het een 'kookpuntsVERHOGING' is, maar dit vind ik persoonlijk wel erg overdreven.. Enig idee hoe dit misschien kan komen?
Echt heel erg bedankt alvast!
Herman & Rachel
