[scheikunde] Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
Moderators: ArcherBarry, Fuzzwood
-
- Berichten: 20
Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
Hallo iedereen,
Ik heb een vraagje over de volgende opdracht:
Papier bestaat hoofdzakelijk uit cellulose. In cellulosemoleculen komen veel OH groepen
voor. Daardoor worden in papier de cellulosemoleculen door middel van waterstofbruggen
aan elkaar gebonden. Niet alle OH groepen in de cellulosemoleculen zijn betrokken bij de
vorming van waterstofbruggen tussen de cellulosemoleculen. Door de aanwezigheid van
vrije OH groepen in de cellulosemoleculen kan papier gemakkelijk water opnemen.
Een bepaalde papiersoort bevat 9,0 massaprocent water.
Bereken het gemiddelde aantal watermoleculen dat in deze papiersoort per OH groep van de
cellulosemoleculen gebonden is. Ga er bij de berekening van uit dat watervrij papier
volledig uit cellulose bestaat. Cellulose kan worden weergegeven met de formule
(C6H10O5)n; de schematische structuurformule staat in Binas-tabel 67 A3.
En hier het antwoord:
berekening van de massa van een mol van de repeterende eenheid in cellulose:
(bijvoorbeeld via Binas-tabel 104) 162,1 g 1
• notie dat 100 g papier 9,0 g water en 91 g cellulose bevat 1
• berekening van het aantal mol water en het aantal mol cellulose per 100 g papier: 9,0 (g)
delen door de massa van een mol water (bijvoorbeeld via Binas-tabel 41: 18,02 g) resp.
91 (g) delen door de massa van een mol van de repeterende eenheid in cellulose 1
• berekening van het gemiddeld aantal watermoleculen per cellulose-eenheid: aantal mol
water per 100 g papier delen door het aantal mol cellulose per 100 g papier 1
• omrekening van het gemiddeld aantal watermoleculen per cellulose-eenheid naar het
gemiddeld aantal watermoleculen per OH groep: delen door 3
---------------------------------
Ik snap de hele vraag volgens mij, alleen niet waarom er bij de laatste stap door 3 gedeeld moet worden, weet iemand daar een antwoord op?
met vriendelijke groet
Ik heb een vraagje over de volgende opdracht:
Papier bestaat hoofdzakelijk uit cellulose. In cellulosemoleculen komen veel OH groepen
voor. Daardoor worden in papier de cellulosemoleculen door middel van waterstofbruggen
aan elkaar gebonden. Niet alle OH groepen in de cellulosemoleculen zijn betrokken bij de
vorming van waterstofbruggen tussen de cellulosemoleculen. Door de aanwezigheid van
vrije OH groepen in de cellulosemoleculen kan papier gemakkelijk water opnemen.
Een bepaalde papiersoort bevat 9,0 massaprocent water.
Bereken het gemiddelde aantal watermoleculen dat in deze papiersoort per OH groep van de
cellulosemoleculen gebonden is. Ga er bij de berekening van uit dat watervrij papier
volledig uit cellulose bestaat. Cellulose kan worden weergegeven met de formule
(C6H10O5)n; de schematische structuurformule staat in Binas-tabel 67 A3.
En hier het antwoord:
berekening van de massa van een mol van de repeterende eenheid in cellulose:
(bijvoorbeeld via Binas-tabel 104) 162,1 g 1
• notie dat 100 g papier 9,0 g water en 91 g cellulose bevat 1
• berekening van het aantal mol water en het aantal mol cellulose per 100 g papier: 9,0 (g)
delen door de massa van een mol water (bijvoorbeeld via Binas-tabel 41: 18,02 g) resp.
91 (g) delen door de massa van een mol van de repeterende eenheid in cellulose 1
• berekening van het gemiddeld aantal watermoleculen per cellulose-eenheid: aantal mol
water per 100 g papier delen door het aantal mol cellulose per 100 g papier 1
• omrekening van het gemiddeld aantal watermoleculen per cellulose-eenheid naar het
gemiddeld aantal watermoleculen per OH groep: delen door 3
---------------------------------
Ik snap de hele vraag volgens mij, alleen niet waarom er bij de laatste stap door 3 gedeeld moet worden, weet iemand daar een antwoord op?
met vriendelijke groet
- Berichten: 2.455
Re: Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
kijk naar de structuur van de repeterende eenheid
This is weird as hell. I approve.
-
- Berichten: 20
Re: Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
Ja gekeken, kom er niet echt uit....
- Berichten: 2.455
Re: Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
aantal watermoleculen (...) per OH groep
This is weird as hell. I approve.
-
- Berichten: 20
Re: Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
iets van massa van OH vergelijken met massa C6H10O5? of mol?
- Berichten: 11.177
Re: Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
Heb je al eens gekeken hoe de structuurformule van een cellulose-eenheid eruitziet? Hoeveel OH groepen heeft die?
- Berichten: 2.455
Re: Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
je hebt x mol water per mol repeterende eenheid. Op een repeterende eenheid zitten 3 OH-groepen. Als je 1 mol repeterende eenheid hebt, hoeveel mol OH-groepen zijn er dan? En hoeveel mol water per mol OH-groepen?
This is weird as hell. I approve.
- Berichten: 3.963
Re: Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
<!--coloro:#008000--><!--/coloro-->Dit onderwerp past beter in het huiswerkforum en is daarom verplaatst.<!--colorc--><!--/colorc-->
"Success is the ability to go from one failure to another with no loss of enthusiasm" - Winston Churchill
-
- Berichten: 12.262
Re: Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
Het is een beetje tricky geformuleerd:
Het staat er nu alsof er per -OH groep 3 watermoleculen aan vast zitten, maar ze bedoelen denk ik dat cellulose 3 -OH groepen heeft die elk 1 watermolecuul binden.
Het staat er nu alsof er per -OH groep 3 watermoleculen aan vast zitten, maar ze bedoelen denk ik dat cellulose 3 -OH groepen heeft die elk 1 watermolecuul binden.
Victory through technology
-
- Berichten: 20
Re: Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
Per 0.56 mol cellulose heb ik 0,499556 mol H2O molceculen. In C6H10O5 (Cellulose), hoeveel OH moleculen zitten daarin, dat snap ik niet helemaal. Hoe ga ik van Cellolose naar OH..
- Berichten: 11.177
Re: Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
Tellen. Als 1 mol cel. 3 OH bevat, hoeveel mol OH zit dan in 0.56 mol cel.?
-
- Berichten: 20
Re: Examenvraag scheikunde - Watermoleculen in papier
Ben eruit! Dankjulliewel!