Ik zou graag een verklaring hebben voor het volgende:
Als je voor een bepaalde duur in 1 oog schijnt met vb. groen licht, en je vergelijkt nadat je in je oog geschenen hebt het zicht van dat oog met het andere (niet beschenen) licht, ga je alles in een tint van 'tegengestelde kleur' zien. Waarom?
In dit geval:
Schijn voor een tijd in je linkeroog met groen licht, open je oog dan (ja, je schijnt op je ooglid als die gesloten is...anders veel te fel
), en je ziet door je linkeroog paarse tinten.Ik weet dat dit iets te maken heeft met de cellen voor kleuren (kegeltjes).
Wat ik zou denken:
Rood, Geel en Blauwe kegels/
Geel en blauw raken geprikkeld (zuiver groen licht).
Geel en blauw raken een tijdje 'verblind' (waar of niet?)
En rood blijft alleen achter...
Je gaat paarse tinten zien; dus je zou denken dat rood en blauw niet verblind zijn, maar omdat blauw samen met geel groen vormt, dus wel...?!
Hoe komt het dus dat je paarse tinten ziet?
-Stekelbaarske
