Studenten willen niet langer samen op kot
Geplaatst: zo 19 aug 2012, 10:17
Vlaams woordenboek
kot = studentenkamer
Waarom zijn studenten bereid meer te betalen voor het ene kot dan voor het andere? De huisvestingsvoorkeuren van de Antwerpse student.: “Studenten verkiezen een studio boven een kot, en een kotbaas is al helemaal niet meer gewenst.”
“Aan de hand van een websurvey, is gepolst we naar de betalingsbereidheid van bepaalde kotkenmerken zoals woontype, oppervlakte en afstand”. “Uiteindelijk gingen de onderzoekers aan de slag met 1728 formulieren. 80% van de formulieren werden ingevuld door vrouwen en 20% door mannen.
Prijs, woontype en locatie
De prijs blijkt de beslissende factor bij het kiezen van een kot. Dat studenten een goedkoper kot verkiezen boven een duurder mag geen verbazing wekken. Wel zijn de studenten bereid heel wat meer te betalen voor privacy. Uit de resultaten blijkt dat studenten bereid zijn gemiddeld 171,15 euro meer te betalen voor een verandering van een kamer met gemeenschappelijke woonvoorzieningen naar een studio met privézitruimte, douche, wc en keuken.
Het woontype en de aanwezige voorzieningen zijn het tweede belangrijkste element bij de beslissing over een kot. De studenten verkiezen een studio boven een gewone kamer. Een inwonende kotbaas is helemaal niet meer gewenst. “Dit is niet echt een verrassend resultaat”, stellen de onderzoekers. “Studenten hechten de laatste jaren immers meer belang aan privacy en hygiëne. Maar dat een gemeenschappelijke keuken als negatief ervaren wordt, is toch eerder verrassend. Studenten hadden voorheen aangegeven dat ze het niet erg vinden om een keuken te delen omwille van het sociaal contact.”
Een derde belangrijke factor is de oppervlakte van het kot. Kleinere koten zijn minder gewenst dan grotere. De resultaten leren ook dat studenten liever een gemeubeld kot hebben dan een ongemeubeld kot, al is dit geen doorslaggevende factor in de keuze voor een kot.
Het maakt voor studenten weinig uit of hun kot nu op 5 of 10 minuten wandelen van de onderwijsinstelling ligt, het verschil in betalingsbereidheid is maar 6,6 euro/maand. Pas wanneer de verplaatsingsafstand 15, 20 of 25 minuten wordt, dan daalt de prijs die men wil betalen per maand met respectievelijk 23, 32 en 78 euro.
Utopie
“Algemeen kan je dus stellen dat Antwerpse studenten kiezen voor een grote gemeubelde studio zonder gemeenschappelijke voorzieningen, nabij de campus en met een zo laag mogelijke prijs”. “Het is uiteraard een utopie dat zo’n kot zou bestaan in een reële marktsituatie.”
Relatief nut woontype en voorzieningen (zitkamer, keuken, sanitair)
1= woonblok; alle voorzieningen gemeenschappelijk
2= woonblok; zitkamer en keuken gemeenschappelijk, sanitair privé
3= huis met kotbaas; alle voorzieningen gemeenschappelijk
4= huis met kotbaas; zitkamer en keuken gemeenschappelijk, sanitair privé
5= huis met alleen studenten; alle voorzieningen gemeenschappelijk
6= huis met alleen studenten; zitkamer en keuken gemeenschappelijk, sanitair privé
7= studio; niets gemeenschappelijk
8= studio; zitkamer en keuken gemeenschappelijk, sanitair privé
Bron:
Universiteit Antwerpen
kot = studentenkamer
Waarom zijn studenten bereid meer te betalen voor het ene kot dan voor het andere? De huisvestingsvoorkeuren van de Antwerpse student.: “Studenten verkiezen een studio boven een kot, en een kotbaas is al helemaal niet meer gewenst.”
“Aan de hand van een websurvey, is gepolst we naar de betalingsbereidheid van bepaalde kotkenmerken zoals woontype, oppervlakte en afstand”. “Uiteindelijk gingen de onderzoekers aan de slag met 1728 formulieren. 80% van de formulieren werden ingevuld door vrouwen en 20% door mannen.
Prijs, woontype en locatie
De prijs blijkt de beslissende factor bij het kiezen van een kot. Dat studenten een goedkoper kot verkiezen boven een duurder mag geen verbazing wekken. Wel zijn de studenten bereid heel wat meer te betalen voor privacy. Uit de resultaten blijkt dat studenten bereid zijn gemiddeld 171,15 euro meer te betalen voor een verandering van een kamer met gemeenschappelijke woonvoorzieningen naar een studio met privézitruimte, douche, wc en keuken.
Het woontype en de aanwezige voorzieningen zijn het tweede belangrijkste element bij de beslissing over een kot. De studenten verkiezen een studio boven een gewone kamer. Een inwonende kotbaas is helemaal niet meer gewenst. “Dit is niet echt een verrassend resultaat”, stellen de onderzoekers. “Studenten hechten de laatste jaren immers meer belang aan privacy en hygiëne. Maar dat een gemeenschappelijke keuken als negatief ervaren wordt, is toch eerder verrassend. Studenten hadden voorheen aangegeven dat ze het niet erg vinden om een keuken te delen omwille van het sociaal contact.”
Een derde belangrijke factor is de oppervlakte van het kot. Kleinere koten zijn minder gewenst dan grotere. De resultaten leren ook dat studenten liever een gemeubeld kot hebben dan een ongemeubeld kot, al is dit geen doorslaggevende factor in de keuze voor een kot.
Het maakt voor studenten weinig uit of hun kot nu op 5 of 10 minuten wandelen van de onderwijsinstelling ligt, het verschil in betalingsbereidheid is maar 6,6 euro/maand. Pas wanneer de verplaatsingsafstand 15, 20 of 25 minuten wordt, dan daalt de prijs die men wil betalen per maand met respectievelijk 23, 32 en 78 euro.
Utopie
“Algemeen kan je dus stellen dat Antwerpse studenten kiezen voor een grote gemeubelde studio zonder gemeenschappelijke voorzieningen, nabij de campus en met een zo laag mogelijke prijs”. “Het is uiteraard een utopie dat zo’n kot zou bestaan in een reële marktsituatie.”
Relatief nut woontype en voorzieningen (zitkamer, keuken, sanitair)
1= woonblok; alle voorzieningen gemeenschappelijk
2= woonblok; zitkamer en keuken gemeenschappelijk, sanitair privé
3= huis met kotbaas; alle voorzieningen gemeenschappelijk
4= huis met kotbaas; zitkamer en keuken gemeenschappelijk, sanitair privé
5= huis met alleen studenten; alle voorzieningen gemeenschappelijk
6= huis met alleen studenten; zitkamer en keuken gemeenschappelijk, sanitair privé
7= studio; niets gemeenschappelijk
8= studio; zitkamer en keuken gemeenschappelijk, sanitair privé
Bron:
Universiteit Antwerpen