[scheikunde] Titraties azijnzuur met natronloog en fosforzuur met natronloog

LotteRusso

Hallo,

Wij hebben een titratie gedaan met azijnzuur en natronloog.

En we weten hoeveel natronloog we gebruikt hebben en nu moeten we de molariteit van het azijnzuur berekenen. Mijn eerste vraag was of azijnzuur met natronloog een evenwichtsreactie was, we dachten van wel dus dan krijg je dit:

CH₃COOH + OH^- <--> CH₃COO^- + H₂O

De molariteit van het natronloog is 0,1007 mol/L en we hebben 16,08 ml gebruikt.

Dus het aantal mol natronloog = 0,1007 × 16,08×10^-3= 0,001619 mol

En moeten we dan met een tabel en de evenwichtsvoorwaarde werken?

Dat lukt ons niet echt omdat je dus niet weet hoeveel mol azijnzuur je hebt.

Of moeten we gewoon met molverhoudingen werken en zonder tabel?

We hebben ook de pH moeten bepalen bij het equivalentiepunt. Deze was 7,7. Moeten we daar misschien iets mee doen?

En dan hebben we ook nog een titratie gedaan met fosforzuur en natronloog. Daar gelden eigenlijk dezelfde vragen voor. Alleen daar zijn 3 equivalentiepunten. Dus de reactie is dan:

H₃PO₄ + 3 OH^-<--> PO₄^3- + 3 H₂O

geen idee of dit klopt?

Ook geen idee hoe we de molariteit van het fosforzuur moeten berekenen. We hebben 6,22 ml natronloog tot het eerste equivalentiepunt gebruikt. 12,54 ml tot het tweede en voor de derde hadden we te weinig natronloog toegevoegd maar deze zal dan rond de 18,50 liggen toch?

Hopelijk kan iemand ons helpen

Alvast bedankt!

Typhoner

op het equivalentiepunt van zo'n titratie heb je altijd in molverhouding gewerkt. Dat zwakke zuur ioniseert misschien wel in een evenwicht - in zuiver water. Maar als je daar zelf sterke base bijkapt verandert de situatie: de OH- van de sterke base reageert onmiddellijk met het sterkste zuur, en dat is azijnzuur.

LotteRusso

Dus we moeten gewoon met molverhouding werken en dan wordt het:

CH₃COOH + OH^- <--> CH₃COO^- + H₂O

het aantal mol natronloog = 0,1007 × 16,08×10^-3= 0,001619 mol

Molverhouding: 1 : 1

Dus ook 0,001619 mol azijnzuur.

Er is 15 ml azijnzuur gebruikt dus de molariteit is

0,001619 / 15×10^-3 = 0,1080 mol/L

en

H₃PO₄ + 3 OH^-<--> PO₄^3- + 3 H₂O

Er is eerst 6,22 ml gebruikt tot het eerste equivalentiepunt en toen nog eens 6,32 ml tot het tweede equivalentiepunt (in totaal 12,54) dus het derde equivalentiepunt zal ongeveer liggen op:

6,22+6,32 / 2 = 6,27

6,27 + 12,54 = 18,81 ml

Er is dus 18,81 ml natronloog gebruikt.

Mol natronloog: 0,1007 × 18,81×10^-3 = 0,001894 mol

Molverhouding: 1 : 3

Dus er is 0,001894 / 3 = 0,0006314 mol fosforzuur

Er is 15 ml fosforzuur gebruikt dus de molariteit is

0,0006314 / 15×10^-3 = 0,04209 M

Sorry als ik het nu nog fout doe

LotteRusso

Of moet het een aflopende pijl zijn?

pimmodenhollander1

LotteRusso

Heel erg bedankt!

pimmodenhollander1

Is goed hoor

Wetenschapsforum

Laatste berichten

Nieuwsberichten

[scheikunde] Titraties azijnzuur met natronloog en fosforzuur met natronloog

Titraties azijnzuur met natronloog en fosforzuur met natronloog

Re: Titraties azijnzuur met natronloog en fosforzuur met natronloog

Re: Titraties azijnzuur met natronloog en fosforzuur met natronloog

Re: Titraties azijnzuur met natronloog en fosforzuur met natronloog

Re: Titraties azijnzuur met natronloog en fosforzuur met natronloog

Re: Titraties azijnzuur met natronloog en fosforzuur met natronloog

Re: Titraties azijnzuur met natronloog en fosforzuur met natronloog