bewegingsvergelijking:
Θ = Θm cos (w.t)
de pulsatie w:
w = √(k / I)
periode T:
T = 2.π √(I / k)
Beschouw volgende drie vragen:
a) Uit Θ(t) kan bijvoorbeeld de hoeksnelheid w bij Θ = 0 komende vanaf Θm berekend worden.
b) De arbeid verricht door de torsieveer tijdens het draaien van het object van Θm naar Θ = 0 is:
W = -k
Hiermee kan de kinetische energie van het object bij Θ = 0 berekend worden en hieruit de hoeksnelheid in die positie.
c) Stel dat de torsieconstante k = 15 Nm/rad, en dat het object een homogene platte schijf is met massa = 3 kg en straal R = 0,2 m. Aan de schijf wordt een begin hoekuitwijking van Θm = 2° gegeven. Met behulp van bovenstaande kan dan de periode T van de oscillatie en de kinetische energie bij Θ = 0 numerisch berekend worden.