Problemen met 5 vraagstukjes van elektriciteitsleer
Moderators: ArcherBarry, Fuzzwood
-
- Berichten: 609
Problemen met 5 vraagstukjes van elektriciteitsleer
Hallo studenden, elektronici
Ik heb hier de volgende vraagstukken dat ik niet weet hoe ik ze moet gaan uitwerken. Kan hier iemand liefst mij echt helpen en de uitwerkingen geven en liefst geen verkeerde want er zijn er hier die er toch niet veel van kennen er moeten hier toch studenten of leerlingen zijn die sterk zijn in elektriciteit hoop ik. Ikzelf ben een student
De vraagstukjes:
===========
Vraagstuk 1
--------------
Drie weerstanden R1 = 22 Ohm, R2 = 20.625 Ohm en R3 zijn in serie geschakeld. De tweede weerstand geeft een hoeveelheid warmte van 99000 joule af gedurende 3000 sec. De bronspanning bedraagt 200V
Bereken de stroomsterkte, de waarde van de derde weerstand, de vervangingsweerstand en het totaal ontwikkelde vermogen
Gegeven
======
R1 = 22 Ohm
R2 = 20.625 Ohm
WR2 = 99000 Joule
tijd = 3000 sec
U = 200V
Gevraagd
======
I = ?
R3 = ?
Rvs = ?
Ptot = ?
Oplossing
======
Vraagstuk 2
--------------
Van een A-meter met meetbereik 10mA en Ra = 20 Ohm inwendige weerstand wil men het meetbereik uitbreiden door een universele shunt te
plaatsen.
Als shuntweerstanden gebruikt men R1 = 4 Ohm; R2 = 2 Ohm; R3 = 4 Ohm
Hoe groot zullen de verschillende meetbereiken zijn?
Gegeven
======
Ia = 10 mA
Ra = 20 Ohm
R1 = 4 Ohm
R2 = 2 Ohm
R3 = 2 Ohm
Gevraagd
======
Hoe groot zijn de verschillende meetbereiken ? (m1, m2 en m3) ?
Oplossing
======
- Hoe kan ik nu eigenlijk dat berekenen de verschillende meetbereiken
heb al de Wet van Ohm toegepast lukt gewoon niet
- Met welke formule bereken ik elke shunt van de A-meter bij
verschillende meetbereiken.
Vraagstuk 3
========
Een motor van 220V neemt 30A uit het net op. Zijn rendement is 0.8.
Met welke snelheid kan hij een gewicht van 30 000 N ophalen?
Gegeven
-----------
U = 220V
I = 30A
n = 0.8
F = 30000N
Gevraagd
-----------
v = ?
Oplossing
-----------
Vraagstuk 4
========
Een kooktoestel, aangesloten op een net van 220V, werkt met een rendement van 0.7.
Hoeveel liter water van 15°C wordt hierin aan de kook gebracht gedurende 1 uur = 3600s als de opgenomen stroomsterkte 15 A
Gegeven
----------
U = 220V
n = 0.7
T1 = 15°C
T2 = 100°C
t = 3600s
I = 15A
Gevraagd
-----------
V = ? (volume)
Oplossing
-----------
1) ik bereken eerst de watermassa
2) Nuttige warmte
3) Nuttig vermogen
maar verder begrijp ik het niet meer
Kan iemand mij op het juiste spoor brengen want ik ben ook bereid anderen te helpen als ze eerlijk zijn
Met vriendelijke groetjes
Stefke
Ik heb hier de volgende vraagstukken dat ik niet weet hoe ik ze moet gaan uitwerken. Kan hier iemand liefst mij echt helpen en de uitwerkingen geven en liefst geen verkeerde want er zijn er hier die er toch niet veel van kennen er moeten hier toch studenten of leerlingen zijn die sterk zijn in elektriciteit hoop ik. Ikzelf ben een student
De vraagstukjes:
===========
Vraagstuk 1
--------------
Drie weerstanden R1 = 22 Ohm, R2 = 20.625 Ohm en R3 zijn in serie geschakeld. De tweede weerstand geeft een hoeveelheid warmte van 99000 joule af gedurende 3000 sec. De bronspanning bedraagt 200V
Bereken de stroomsterkte, de waarde van de derde weerstand, de vervangingsweerstand en het totaal ontwikkelde vermogen
Gegeven
======
R1 = 22 Ohm
R2 = 20.625 Ohm
WR2 = 99000 Joule
tijd = 3000 sec
U = 200V
Gevraagd
======
I = ?
R3 = ?
Rvs = ?
Ptot = ?
Oplossing
======
Vraagstuk 2
--------------
Van een A-meter met meetbereik 10mA en Ra = 20 Ohm inwendige weerstand wil men het meetbereik uitbreiden door een universele shunt te
plaatsen.
Als shuntweerstanden gebruikt men R1 = 4 Ohm; R2 = 2 Ohm; R3 = 4 Ohm
Hoe groot zullen de verschillende meetbereiken zijn?
Gegeven
======
Ia = 10 mA
Ra = 20 Ohm
R1 = 4 Ohm
R2 = 2 Ohm
R3 = 2 Ohm
Gevraagd
======
Hoe groot zijn de verschillende meetbereiken ? (m1, m2 en m3) ?
Oplossing
======
- Hoe kan ik nu eigenlijk dat berekenen de verschillende meetbereiken
heb al de Wet van Ohm toegepast lukt gewoon niet
- Met welke formule bereken ik elke shunt van de A-meter bij
verschillende meetbereiken.
Vraagstuk 3
========
Een motor van 220V neemt 30A uit het net op. Zijn rendement is 0.8.
Met welke snelheid kan hij een gewicht van 30 000 N ophalen?
Gegeven
-----------
U = 220V
I = 30A
n = 0.8
F = 30000N
Gevraagd
-----------
v = ?
Oplossing
-----------
Vraagstuk 4
========
Een kooktoestel, aangesloten op een net van 220V, werkt met een rendement van 0.7.
Hoeveel liter water van 15°C wordt hierin aan de kook gebracht gedurende 1 uur = 3600s als de opgenomen stroomsterkte 15 A
Gegeven
----------
U = 220V
n = 0.7
T1 = 15°C
T2 = 100°C
t = 3600s
I = 15A
Gevraagd
-----------
V = ? (volume)
Oplossing
-----------
1) ik bereken eerst de watermassa
2) Nuttige warmte
3) Nuttig vermogen
maar verder begrijp ik het niet meer
Kan iemand mij op het juiste spoor brengen want ik ben ook bereid anderen te helpen als ze eerlijk zijn
Met vriendelijke groetjes
Stefke
-
- Berichten: 2.589
Re: Problemen met 5 vraagstukjes van elektriciteitsleer
Als je het op mij hebt Ja ik heb u een verkeerde oplossing gegeven waarvoor mij excuses ik hebt dat ondertussen ook al verbeterd en tot slot die zaken (fouten dus) worden door mij (en ik denk ook door alle andere hier) niet vrijwillig gemaakt.Kan hier iemand liefst mij echt helpen en de uitwerkingen geven en liefst geen verkeerde want er zijn er hier die er toch niet veel van kennen er moeten hier toch studenten of leerlingen zijn die sterk zijn in elektriciteit hoop ik
Ik kan eens kijken naar de volgende vraag stukjes maar nu niet misschien een andere keer. Daag.
-
- Berichten: 609
Re: Problemen met 5 vraagstukjes van elektriciteitsleer
Als jij vragen hebt van elektronica, informatica, programmeren stel ze maar
tot horens
Stefke
tot horens
Stefke
Re: Problemen met 5 vraagstukjes van elektriciteitsleer
Vraagstuk 1
--------------
I = ?
Alles is in serie dus is de stroom overal gelijk, U = I*R en Vermogen P= U*I
Kijken we naar R2:
We weten P van R2 is 99000 J/3000 s=33 W
Nu in de vergelijking voor P, U vervangen mbv U=I*R geeft: P = I*I*R
Dus 33= 20.625*I^2
I= 1,26 A
R3 = ?
We hebben nu I uit de vorige vraag, U= I*R dus:
200V = 1,26A * (R1+R2+R3) = 1,26* (42,625+R3)
R3 = 115,489 Ohm
Rvs = ?
Alles in serie dus mag je gewoon de weerstanden optellen:
Rvs=R1+R2+R3 = 158,114 Ohm
Ptot = ?
Ptot= U*I = 200*1,26 = 252,982 W
Even ter controle: Ptot = I*I*Rvs = 1,26^2*158,114 = 252,982 W
--------------
I = ?
Alles is in serie dus is de stroom overal gelijk, U = I*R en Vermogen P= U*I
Kijken we naar R2:
We weten P van R2 is 99000 J/3000 s=33 W
Nu in de vergelijking voor P, U vervangen mbv U=I*R geeft: P = I*I*R
Dus 33= 20.625*I^2
I= 1,26 A
R3 = ?
We hebben nu I uit de vorige vraag, U= I*R dus:
200V = 1,26A * (R1+R2+R3) = 1,26* (42,625+R3)
R3 = 115,489 Ohm
Rvs = ?
Alles in serie dus mag je gewoon de weerstanden optellen:
Rvs=R1+R2+R3 = 158,114 Ohm
Ptot = ?
Ptot= U*I = 200*1,26 = 252,982 W
Even ter controle: Ptot = I*I*Rvs = 1,26^2*158,114 = 252,982 W
Re: Problemen met 5 vraagstukjes van elektriciteitsleer
Bij vraagstuk 2 moet je nog even naar je waarden voor R kijken, denk dat je daar een typfout hebt gemaakt.
Vraagstuk 3
========
Een motor van 220V neemt 30A uit het net op. Zijn rendement is 0.8.
Met welke snelheid kan hij een gewicht van 30 000 N ophalen?
Oplossing:
Goed, voor vermogen hebben we nu twee formules, P=U*I en P=F*v
P = U*I = 220*30 = 6600 W
Rendement is 0.8, dus:
0.8*6600 = 5280 W
P = F*v = 30000N * v = 5280 W
v = 0,176 m/s
Vraagstuk 3
========
Een motor van 220V neemt 30A uit het net op. Zijn rendement is 0.8.
Met welke snelheid kan hij een gewicht van 30 000 N ophalen?
Oplossing:
Goed, voor vermogen hebben we nu twee formules, P=U*I en P=F*v
P = U*I = 220*30 = 6600 W
Rendement is 0.8, dus:
0.8*6600 = 5280 W
P = F*v = 30000N * v = 5280 W
v = 0,176 m/s
Re: Problemen met 5 vraagstukjes van elektriciteitsleer
Vraagstuk 4
========
Een kooktoestel, aangesloten op een net van 220V, werkt met een rendement van 0.7.
Hoeveel liter water van 15°C wordt hierin aan de kook gebracht gedurende 1 uur = 3600s als de opgenomen stroomsterkte 15 A
Oplossing :
Ten eerste mis je de soortelijke warmte van water, in mijn BINAS staat:
Voor water: 4,18*10^3 J/kg/K (gaan we even uit van constante druk en negeren we de volume toename v/h water)
Nu de rest:
P = U*I = 220*15 = 3300 W
Effectief vermogen: Pe = 0,7*3300 = 2310 W (=J/s)
Totale energie toegevoegd aan het water is dus:
3600*2310 = 8,316*10^6 J
De temperatuur stijging = 100-15 = 85 K (C mag natuurlijk ook)
Om x kg water 85 K te verwarmen heb je nodig:
x*85*4,18*10^3
Gelijkstellen geeft nu:
x*85*4,18*10^3 = 8,316*10^6 J
x = 23,41 kg even omrekenen naar een volume mbv de dichtheid (0,998*10^3 kg/m^3) van water:
V = 23,41/(0,998*10^3) = 23,45*10^-3 m^-3
V = 23,45 liter
Hier moet ik wel bij zeggen dat er nu geen rekening word gehouden met de volume toename van het water door de verhitting.
========
Een kooktoestel, aangesloten op een net van 220V, werkt met een rendement van 0.7.
Hoeveel liter water van 15°C wordt hierin aan de kook gebracht gedurende 1 uur = 3600s als de opgenomen stroomsterkte 15 A
Oplossing :
Ten eerste mis je de soortelijke warmte van water, in mijn BINAS staat:
Voor water: 4,18*10^3 J/kg/K (gaan we even uit van constante druk en negeren we de volume toename v/h water)
Nu de rest:
P = U*I = 220*15 = 3300 W
Effectief vermogen: Pe = 0,7*3300 = 2310 W (=J/s)
Totale energie toegevoegd aan het water is dus:
3600*2310 = 8,316*10^6 J
De temperatuur stijging = 100-15 = 85 K (C mag natuurlijk ook)
Om x kg water 85 K te verwarmen heb je nodig:
x*85*4,18*10^3
Gelijkstellen geeft nu:
x*85*4,18*10^3 = 8,316*10^6 J
x = 23,41 kg even omrekenen naar een volume mbv de dichtheid (0,998*10^3 kg/m^3) van water:
V = 23,41/(0,998*10^3) = 23,45*10^-3 m^-3
V = 23,45 liter
Hier moet ik wel bij zeggen dat er nu geen rekening word gehouden met de volume toename van het water door de verhitting.
-
- Berichten: 2.589
Re: Problemen met 5 vraagstukjes van elektriciteitsleer
We weten P van R2 is 99000 J/3000 s=33 W
Nu in de vergelijking voor P, U vervangen mbv U=I*R geeft: P = I*I*R
Dus 33= 20.625*I^2
I= 1,26 A
Vraagstuk 1 Ik dacht dat p=U*I*t
Hoe zit dat nu? Groeten.
Re: Problemen met 5 vraagstukjes van elektriciteitsleer
Het vermogen P is de energie per tijdseenheid en wordt meestal in Joule per seconde (Watt) geschreven, de formule die jij opschreef:
P=U*I*t; is dus niet het vermogen maar de energie geleverd door een vermogen P in een tijd t.
Vermogen is altijd een "effort" maal een "flow" in dit geval dus:
P = effort * flow = U * I
P=U*I*t; is dus niet het vermogen maar de energie geleverd door een vermogen P in een tijd t.
Vermogen is altijd een "effort" maal een "flow" in dit geval dus:
P = effort * flow = U * I
-
- Berichten: 609
Re: Problemen met 5 vraagstukjes van elektriciteitsleer
Tiber schreef:Vraagstuk 4
========
Een kooktoestel, aangesloten op een net van 220V, werkt met een rendement van 0.7.
Hoeveel liter water van 15°C wordt hierin aan de kook gebracht gedurende 1 uur = 3600s als de opgenomen stroomsterkte 15 A
Oplossing :
Ten eerste mis je de soortelijke warmte van water, in mijn BINAS staat:
Voor water: 4,18*10^3 J/kg/K (gaan we even uit van constante druk en negeren we de volume toename v/h water)
Nu de rest:
P = U*I = 220*15 = 3300 W
Effectief vermogen: Pe = 0,7*3300 = 2310 W (=J/s)
Totale energie toegevoegd aan het water is dus:
3600*2310 = 8,316*10^6 J
De temperatuur stijging = 100-15 = 85 K (C mag natuurlijk ook)
Om x kg water 85 K te verwarmen heb je nodig:
x*85*4,18*10^3
Gelijkstellen geeft nu:
x*85*4,18*10^3 = 8,316*10^6 J
x = 23,41 kg even omrekenen naar een volume mbv de dichtheid (0,998*10^3 kg/m^3) van water:
V = 23,41/(0,998*10^3) = 23,45*10^-3 m^-3
V = 23,45 liter
Hier moet ik wel bij zeggen dat er nu geen rekening word gehouden met de volume toename van het water door de verhitting.
-
- Berichten: 609
Re: Problemen met 5 vraagstukjes van elektriciteitsleer
Bedankt voor de oplossingen heb er nog zo'n lang vraagstukje