Bij het maken van een kwartierstaat vraag ik me dan ook af hoever en hoe juist is het steeds opbouwen van voorouders;
ouders heb je 2,
grootouders 4,
overgroot,, 8,
betovergr.,, 16,
Ik kom aan 12 generaties,dus volgens deze redenatie 2^12=4096,
Tot aan Karel globaal een vier miljard volgens een eerdere topicbezoeker.
Wat klopt er dan niet in dit steeds dieper doorrekenen,tenzij er doublures in de kwartieren/opbouw zitten,want je komt wel soms meerdere lijnen tegen,waardoor die wijzen op herhalingen van dezelfde figuur.In mijn kwst. kan ik (binnen een termijn van 250-300 jaar)er enkele aanwijzen die 5 of 6 keer terugkomen en dan zou het aantal terug te voeren zijn.
Mogelijk vermeerdert het aantal lijnen zich in de oudheid en kun je mogelijk op