"Twee identieke bolletjes met een massa van 10 g dragen een gelijke lading en bevinden zich aan de uiteinden van twee draadjes van 10 cm die aan hetzelfde punt zijn opgehangen. Het systeem verkeert in evenwicht als elk draadje een hoek van 30° maakt met de verticale as.
Bepaal de lading die de bolletjes dragen.
[oplossing: De bolletjes dragen een lading van ±0,253
Maar ik kom een heel andere oplossing uit: 2101,1C.
Vraag is, wat is er fout gegaan.
Eerst even vermelden dat ik alles omgezet heb in de hoofdeenheid, dus kg en meter.
Ik wist niet echt goed hoe hier mee te werken, want dit is eigenlijk een gelijkzijdige driehoek. Ik heb deze uitkomst bekomen met de formule voor een gelijkbenige driehoek. Daar is d<<L (met d de afstand tussen de 2 bolletjes en L de lengte van het koord)
De formule in dat geval was:
Maar deze 2 driehoeken zijn niet gelijk, en dus komt ik een foute uitkomst uit. Ik weet niet meteen he het juiste antwoord te vinden.