Wetenschapsforum

Goede dag,

De opgave:

Een spoel staat parallel aan een condensator. De spanning op de schakeling is 220V 50Hz en de arbeidsfactor bedraagt 1. Het opgenomen vermogen is 60W. De capaciteit van de condensator bedraagt 20 microF. Berekenen:

a. De stroom door de spoel

b. De ohmse weerstand van de spoel

c. De reactantie van de spoel

d. De arbeidsfactor van de spoel

Ik heb even de situatie getekend:



En de vectoren driehoek:



Xc = (1/ (2 50 x 20 x 10^-6)) = 159,2 Ohm

=> Ic = 1,38 A

Volgens mij geldt er Ic = Ixl en Irl = I (uit de vectoren driehoek op te maken), omdat de arbeidsfactor 1 bedraagt, en deze kan volgens mij nooit 1 zijn wanneer Ixl en Ic (en dus ook Xl en Xc) niet aan elkaar gelijk zijn...

Echter volgens het boek is dit niet het geval...

Wie helpt me uit de brand .

PS. Ixc in mijn afbeelding moet Ixl voorstellen...

De eerste fout die ik zie: je telt de stromen Ir en Ixl vectorisch bij elkaar op. Maar dat is niet goed. Die stromen zijn gelijk, het is dezelfde stroom aangezien X en R in serie staan. Je moet de spanningen over Xl en R optellen. En die moeten samen gelijk zijn aan de netspanning.

Bedankt voor je antwoord.

Als ik de vectordiagrammen van het serie gedeelte teken, kan ik verder ook niets berekenen...

De Il is toch wel opgebouwd door een Irl en Ixc? Oftewel, Ir in mijn vectordiagram geeft uiteindelijk de stroom door de spoel (en de weerstand) ervan weer, maar volgens mij is deze wel opgebouwd uit een Irl en Ixc...

Nu borduur je weer voort op dezelfde fout. Het is niet de stroom door de spoel die is opgebouwd uit twee componenten, het is immers één en dezelfde stroom. Maar het is de spanning over de spoel die is opgebouwd uit twee componenten, nl. een spanning over het weerstandsgedeelte en een spanning over het zelfinductiegedeelte.

Nogmaals bedankt voor je antwoord.

Zo klopt die volgens mij wel:



Echter, hieruit kan ik verder ook geen dingen berekenen...

Je bent op weg. Voeg het tweede plaatje nu eens in in het eerste plaatje.Waarbij de I uit het tweede plaatje samenvalt met I1 van het eerste plaatje, en de 220V vector samenvalt met de U-vector.

Dan kom ik uit op dit:



Maar volgens mij klopt er niet zoveel van .

EDIT:

Zo is die volgens mij iets beter:



Maar wat nu?

Volgens mij is het bovenste plaatje handiger dan het onderste.

Merk op dat er een aantal gelijkvormige driehoeken in zitten.

Verder moet je gebruik gaan maken van het gegeven dat het opgenomen vermogen 60W is.

Enerzijds is dit het opgenomen vermogen van de totale schakeling, anderzijds moet je je realiseren dat Rl de enige component is die vermogen opneemt.

Ik kom er overigens achter dat deze opgave toch wel lastiger is dan ik aanvankelijk inschatte.

Bedankt voor je antwoord, ik ben er uiteindelijk uitgekomen.

Pw = U I cos phi

60 = 220 x I x 1

=> I = 0,273 A