Wetenschapsforum

Sommen mbt tot virtuele punten en lenzenformule vind ik lastig, ik heb een opgave gemaakt maar weet niet of de uitwerkingen kloppen.. zou iemand zo vriendelijk willen zijn er even naar te kijken en evt. te corrigeren of verbetern?

heel erg bedankt iig!

Opgave 2 Contactlenzen

Iemand krijgt door de oogarts contactlenzen met een sterkte van - 1,5 dpt voorgeschreven.

Verwaarloos de afstand tussen zijn ooglenzen en de contactlenzen.

Bereken de afstand tussen zijn ooglens en zijn vertepunt als hij zijn lenzen niet in heeft.

Als hij zijn contactlenzen niet inheeft dan is zijn vertepunt te ''dichtbij'' door de te sterke convergerende werking van het oog, op dat moment is het vertepunt net zover verwijderd van het oog als het virtuele brandpunt f met ooglenzen in.

dus --> 1/1,5 = 2/3 meter --> dus vertepunt ligt op 66,6 cm.

De contactlenzenspecialist geeft hem per ongeluk lenzen met een sterkte van - 2,0 dpt.

Ondanks deze fout is de cliënt met deze lenzen in staat om in de verte scherp te zien.

Leg uit waarom hij in de verte scherp kan zien, ondanks de verkeerde lenzen.

ondanks de te sterke ''sterkte'' zorgt deze negatieve lens ervoor dat het vertepunt in ieder geval in het oneindige komt, op grote afstand maar het verschil tussen -1,5 en -2,0 niet uit, het vertepunt wordt tot in het oneindige, daarentegen heeft het wel ''negatief'' effect voor het dichtbij zien, toch?

Zonder contactlenzen bevindt zijn nabijheidspunt zich op 23 cm van zijn ogen. Met de (te sterke) lenzen in verandert deze afstand.

Bereken deze nieuwe afstand.

als de ooglenzen ingaan komt het nabijheidspunt iets verder weg te liggen, zonder ooglenzen is het 23 cm.

Als de lenzen worden ingedaan wordt er een brandpunt gevormd van 1/-2 = -0,5 meter.

ook is bekend dat door de ooglens een virtueel punt wordt gevormd waarvan b = - 23 cm

dus krijg je : 1/-2 - 1/-0,23 = 26 cm.