wig

[wnvl1]

Rechts in mijn vorig bericht moet MA staan. Ik doelde op het teken voor de wrijvingscoëfficiënt dat fout is.

[Xilvo]

Ik vind, bij een externe kracht nul, een verticale versnelling van het blokje \(ab_y=-2,75559\) m/s²
Ook dat komt overeen met wat wnvl1 eerder vond.

Ik vind een vier keer zo lage versnelling (dus een verdubbeling van de tijd) bij \(F_{ext}=4,978\) N.

[ukster]

volgens mij is dit vergelijking 3

en moet dan zijn F - Nsinα +μNcosα = MA

[ukster]

uit vergelijking 1 en 5 volgt:

verg 1 en 5.png (2.15 KiB) 222 keer bekeken

[Xilvo]

Ukster, kun je wat meer uitleg geven?
Ik zie niet hoe je de externe kracht op de wig en de versnelling van die wig in je vergelijkingen verwerkt.

[ukster]

In dit overzicht zijn alle verbanden weergegeven

1.png (12.55 KiB) 208 keer bekeken

2.png (8.26 KiB) 208 keer bekeken

[Xilvo]

In dit overzicht zijn alle verbanden weergegeven

Dat is een herhaling van wat je eerder schreef.
Ik zie niet hoe je de externe kracht op de wig en de versnelling van die wig in je vergelijkingen verwerkt.

Wat krijg je uit de verticale versnelling van het blok bij een externe kracht nul?

[ukster]

F=0 N
verticale versnelling m =4* 0,401m/s²=1,604m/s²

[wnvl1]

Ik vermoed dat het probleem zit in vergelijking 5? Die snap ik in elk geval niet direct.

[wnvl1]

Ik vind, bij een externe kracht nul, een verticale versnelling van het blokje \(ab_y=-2,75559\) m/s²
Ook dat komt overeen met wat wnvl1 eerder vond.

Ik vind een vier keer zo lage versnelling (dus een verdubbeling van de tijd) bij \(F_{ext}=4,978\) N.

Dat klopt

Code: Selecteer alles

from sympy import *

ablokx,abloky,arel,awig,Nblok,Ngrond,F = symbols('ablokx abloky arel awig Nblok Ngrond F')

dict = solve([-ablokx+arel*cos(rad(30))+awig,
             -abloky-arel*sin(rad(30)),
             -awig-Nblok*sin(rad(30))+0.2*Nblok*cos(rad(30))+F,
             0+Ngrond-Nblok*cos(rad(30))-0.2*Nblok*sin(rad(30))-9.81,
             -ablokx+Nblok*sin(rad(30))-0.2*Nblok*cos(rad(30)),
             -abloky+Nblok*cos(rad(30))+0.2*Nblok*sin(rad(30))-9.81], 
            [ablokx,abloky,arel,awig,Nblok,Ngrond], dict=True)


ablokyF = (dict[0][abloky])

ablokyF0 = ablokyF.evalf(subs={F: 0})
print("Versnelling zonder kracht F:", ablokyF0)
print("Versnelling dubbele tijd:", ablokyF0/4)
print("Kracht F", solve(ablokyF - (ablokyF0/4), F, dict=True))

Versnelling zonder kracht F: -2.75560010146298
Versnelling dubbele tijd: -0.688900025365745
Kracht F [{F: 4.97790970902400}]

[ukster]

Ik vermoed dat het probleem zit in vergelijking 5? Die snap ik in elk geval niet direct.

versnelling.png (9.55 KiB) 167 keer bekeken

[wnvl1]

Dat is volgens mij niet juist.

Ik denk dat je probeert te redeneren in een assenstelsel dat vasthangt aan de wig. Het komt er eigenlijk op neer dat je dan een horizontale pseudokracht moet invoeren in het assenstelsel dat versnelt met de wig. Die kracht heeft ook zijn invloed op de normaalkracht en de wrijvbingskracht en dat wordt hier over het hoofd gezien lijkt mij.