Is dit niet de gebruikelijke redenering (ΛCDM) maar dan de andere kant op geredeneerd?
Het ΛCDM model bevat naast de 'gewone' materie en de 'koude' (trage en niet baryonische) donkere materie ook de kosmologische constante lambda, die een negatieve druk oplevert en zo verantwoordelijk zou zijn voor de versnelde expansie van het heelal. Lambda wordt geacht constant te zijn per volume-eenheid.
Daarom zou in de vroegere jaren, toen het volume van het waarneembare heelal veel kleiner was, lambda geen grote invloed gehad hebben, terwijl de andere parameters in het model (gravitatieconstante en dichtheid) juist een sterke invloed hadden. Dat zou dan resulteren in een heelal dat aanvankelijk afnemend snel uitdijt. Op het moment dat het volume voldoende groot wordt neemt de invloed van lambda toe wat een dermate grote negatieve druk oplevert dat het heelal toenemend snel uitdijt. Dat punt, waar lambda het als het ware wint van G en rho, ligt zo'n 6 miljard jaar geleden.
Tezamen, met de juiste parameterisatie (voornamelijk de verdeling van de procenten over baryonische, donkere materie en massa-equivalent donkere energie) levert dit model resultaten op die zeer goed overeenstemmen met de waarnemingen, en - belangrijker - het model bleek ook in staat een aantal exacte voorspellingen te doen die bevestigd werden door latere waarnemingen.
In ons heden is de invloed van de stralingsdichtheid (massa-equivalent) in het ΛCDM model vrijwel te verwaarlozen, en dat is logisch omdat veruit de meeste fotonen in het heelal afkomstig zijn van de kosmische achtergrondstraling, die bij een temperatuur van 2,7K energiearm zijn. Maar ook nog rond de ontkoppeling 380.000 jaar na B.B., was deze invloed beduidend groter, zo'n 1100 keer sterker als nu.
Ik speel met deze brainfart eigenlijk met de volgende gedachte: Wat nu als de massa van het waarneembare heelal gedurende haar geschiedenis aanmerkelijk afneemt, gewoon verdwijnt omdat ze omgezet wordt in een massaloze ruimtetijd. Dat is fundamenteel verschillend van ΛCDM. Een gedachte waarmee tevens op kosmologische schaal het energie/massa behoud volledig op de schop gaat.
Wat is dan op deze schaal en tijdsspanne (klassiek) nog over van wetten als het behoud van impuls, kinetische en potentiële energie?
Simpel gesteld: Stel dat ik een kogel wegschiet die spookachtig onderweg steeds minder massa krijgt, terwijl ik de aanvankelijke kinetische energie wil behouden? Dan zou die kogel vanzelf sneller moeten gaan. Het begint zo wel wat overeenkomsten te vertonen met een van de vele MOND theorieën.
Zou het mogelijk zijn de massa van het heelal zodanig te laten afnemen, dat er een expansiecurve ontstaat die overeenkomt met de waarnemingen? Zouden we dan lambda niet meer nodig hebben in het model?
Dit is een waarschijnlijk bizarre gedachte, en als ik naar die expansiecurve kijk, zie ik niet hoe je e.e.a. zo zou kunnen parameteriseren dat die curve (zie een paar berichten terug) er uit zou kunnen rollen.
Opmerking moderator