[wiskunde] rangschikken van breuken

Moderators: ArcherBarry, Fuzzwood

Reageer
Berichten: 217

[wiskunde] rangschikken van breuken

Dag allen,

Ik vroeg me af of er soms een algemene ' snelle ' methode bestaat om dergelijke vragen op te lossen?

Welke is de derde grootste breuk van onderstaande breuken ?

7/10 , 13/16 , 3/4 , 3/5 , 7/9 , 13/17 , 5/8

Alle tips zijn welkom !

Gebruikersavatar
Berichten: 7.556

Re: [wiskunde] rangschikken van breuken

Je kunt alvast heel eenvoudig 7/10 en 7/9, 13/16 en 13/17, 3/4 en 3/5 vergelijken
Never express yourself more clearly than you think.

- Niels Bohr -

Berichten: 217

Re: [wiskunde] rangschikken van breuken

Inderdaad, het schiet me juist te binnen dat het helemaal niet de bedoeling is om ze van groot naar klein te gaan rangschikken.

Gewoon verschillende koppels gaan vergelijken, en zorgen dat je de 3 grootste overhoudt.

En daarvan dan de kleinste nemen. Dit gaat waarschijnlijk de snelste manier zijn .

edit: dit gaat niet juist uitkomen ;)

Gebruikersavatar
Berichten: 5.679

Re: [wiskunde] rangschikken van breuken

- Als twee breuken dezelfde teller hebben, degene met de kleinste noemer is het grootst. Bijvoorbeeld 13/17 < 13/16.

- Als de noemer van de ene breuk een veelvoud is van de noemer van een andere, omrekenen naar die grootste noemer. Bijvoorbeeld 3/4 = 12/16, dus dat is kleiner dan 13/16.

- Omrekenen naar breuken met hetzelfde verschil tussen teller en noemer. Bijvoorbeeld van 7/9 maak je 14/18, dat is groter dan 13/17 (bij gelijk verschil tussen noemer en teller is de breuk met de grootste getallen het grootst, als dat niet duidelijk is, kijk maar hoe ver ze onder 1 liggen). En 12/16 is kleiner dan 13/17.

- Tenslotte kun je de tellers, noemers, of verschillen tussen die twee, van breuken gelijk maken. Kruislingsvermenigvuldigen werkt altijd, maar het kan vaak korter door er één met de verhouding tussen de tellers of de noemers of hun verschillen (tussen teller en noemer) te vermenigvuldigen. Bijvoorbeeld bij 7/9 en 13/16: daar kun je 7 en 9 allebei vermenigvuldigen met 13/7 (dan wordt het 13/iets en dat is makkelijk vergelijken met 13/16), of vermenigvuldigen met 16/9 (dan wordt het iets/16, da's ook makkelijk vergelijken met 13/16), of met 3/2 (want 7 en 9 schelen 2, en 13 en 16 schelen 3), dan wordt het iets/(iets+3) en da's ook makkelijk vergelijken met 13/16.

Zelf "zie" ik heel snel die 3/2 (maar dat is misschien niet voor iedereen even handig), mijn gedachtengang: 7 en 9 scheelt 2, 13 en 16 scheelt 3, dus maak ik 7 en 9 anderhalf keer zo groot, dat wordt 10.5/13.5, en da's kleiner dan 13/16. Merk op dat je maar één getal (teller of noemer, dus 7 of 9) anderhalf keer zo groot hoeft te maken om zo'n vergelijking te kunnen maken. 7 keer anderhalf is 10.5 en da's kleiner dan 13, dus 7/9 < 13/16.

Verborgen inhoud
PS. het juiste antworod op je vraag is dus 13/17.
In theory, there's no difference between theory and practice. In practice, there is.

Reageer