Placebo-effect draait om communicatie

Moderator: Astro

Reageer
Berichten: 2.504

Placebo-effect draait om communicatie

http://www.eosmagazine.eu/language/nl-BE/h...7/xmfid/12.aspx


Patiënten die een drankje of pilletje krijgen waar geen werkzaam medicijn in zit, gaan zich soms toch beter voelen. Dit zogenoemde placebo-effect kan worden versterkt als de arts aardig en meevoelend is en de patiënt op zijn gemak stelt
"Invisible Pink Unicorns are beings of great spiritual power. We know this because they are capable of being invisible and pink at the same time. Like all religions, the Faith of the Invisible Pink Unicorns is based upon both logic and faith. We have faith that they are pink; we logically know that they are invisible because we can't see them."

Gebruikersavatar
Berichten: 8.557

Re: Placebo-effect draait om communicatie

En daarmee is ook gelijk het effect van homeopatische behandelaars aangegeven. Doordat deze de illusie wekken dat iets een geneesmiddel is, in combinatie met de persoonlijke aandacht die ze aan hun klanten geven kan er een erg sterk placebo effect optreden.
"Meep meep meep." Beaker

Gebruikersavatar
Berichten: 1.820

Re: Placebo-effect draait om communicatie

Doet me erg denken aan een andere recente studie die de kracht van een empathische arts onderstreepte, bij het genezen van een verkoudheid: http://www.wetenschapsforum.nl/index.php?s...st&p=560261

Al heb ik er toch moeite mee om het gedrag 'een meevoelende en aardige arts' onder placebo-effect te plaatsen. En empathie wil ik er al helemaal niet onder zetten. In deze gevallen is er immers een actief ingrijpen van de arts: hij stelt zich op een zodanige manier op, dat dit een positief effect heeft op de genezing van de patiënt. Die arts kan zich evengoed kil en afstandelijk gedragen, en dat blijkt minder effectief te zijn.

Wikipedia omschrijft placebo(-effect) als volgt:
Een placebo (Latijn en het betekent: 'ik zal behagen') is een als geneesmiddel voorgeschreven of aangeprezen middel dat geen werkzame bestanddelen bevat.

Het woord placebo wordt ook gebruikt als kort voor het placebo-effect. Een placebo slaat in die betekenis op een positief psychisch effect dat optreedt door vertrouwen in de heilzame werking van een behandeling (bijvoorbeeld meer gevoel van welbehagen of opluchting). Het placebo zelf geneest echter niets en het effect ervan is kortstondig. Ook bij geneesmiddelen treedt placebo op door het verwachtingspatroon dat de patiënt heeft. Echte geneesmiddelen dienen daarom het placebo-effect significant te overstijgen om over "medicinale werkzaamheid" te kunnen spreken.
Hier kan je dus opmerken dat er in deze studies wel degelijk een actief ingrijpen nodig was van de arts. De patiënt die het middeltje kreeg, creëerde niet zomaar een vertrouwen in de werking van het middel. Bovendien kan je maar moeilijk volhouden dat het effect helemaal niet genezend werkt (cfr. de studie over empathie en verkoudheid) én dat het effect kortstondig is, klopt ook al niet.

Uit onderzoek blijkt ook dat er bij het placebo-effect wel vaker dezelfde lichaamsstoffen worden vrijgezet als dat er bij het echt effectieve middel worden vrijgezet. Dit dankzij geconditioneerde reacties die we hebben ontwikkeld. Met daarbij dan de vraag of dit placebo-effect zomaar gecatalogeerd mag worden als 'niet werkzaam' en we niet méér aandacht moeten geven aan placebo-effect, als beperkt (!) werkzame therapie/ behandeling bij diverse ziektes.

Zie eventueel ook: 'de kracht van placebo (WF, 24 dec. 2009)'


Dido
Ik ben niet jong genoeg om alles te weten...
-Oscar Wilde-

Gebruikersavatar
Berichten: 8.557

Re: Placebo-effect draait om communicatie

Placebo's kunnen super effectief zijn en geven een interessante kijk in de menselijke psyche. Het placebo-effect zullen we dan ook zeker moeten blijven bestuderen, ik zou echter niet voor willen stellen om het als alternatief naast reguliere behandelingen te plaatsen.


Of het effect van de empathische arts puur een psychologische mind-**** van de patient is of dat deze daadwerkelijk gezonder is geworden is de vraag. Echter zelfs al is het effect alleen maar psychologisch, dan is het nog steeds een belangrijk effect wat voor het algehele welbehagen van een patient belangrijk is.


Of we het effect van de empathische arts onder placebo willen scharen, ben ik voor mezelf nog niet uit. Voor een discussie hierover is het ook niet perse van belang. De patient voelt zich beter als de behandelend arts meer tijd uittrekt en meer aandacht schenkt aan de patien. Door de werkdruk waar artsen tegenwoordig mee te maken hebben kunnen ze dit helaas lang niet altijd genoeg bieden. Of vervolgens het geneeskundige effect van meer aandacht belangrijker is dan de tijd die men er extra aan kwijt is zal afhankelijk zijn van het kwantitatieve effect. Dit lijkt me zeer lastig te kwantificeren, mijn gut-feeling zegt me dat het effect van de empathische arts niet dusdanig groot is dat het een reden zou zijn om meer tijd per patient vrij te maken.
"Meep meep meep." Beaker

Berichten: 2.504

Re: Placebo-effect draait om communicatie

Doet mij denken aan het WK voetbal van afgelopen zomer.


Ik hoorde op de radio een onderzoeker die controle moest houden op het gebruik van verboden middelen. Hij was een zaakje tegengekomen van een bepaalde Afrikaanse ploeg die voor een wedstrijd een bepaald drankje innam. Een mix van allerlei dingen. Na onderzoek bleek dat drankje niks speciaal te bevatten.


Toch waren de prestaties van de ploeg opmerkelijk. Ze konden blijven rennen, zagen er nooit moe uit en bleven de hele wedstrijd en een tijd erna opgepept. De onderzoeker sprak hier van een placebo-effect.
"Invisible Pink Unicorns are beings of great spiritual power. We know this because they are capable of being invisible and pink at the same time. Like all religions, the Faith of the Invisible Pink Unicorns is based upon both logic and faith. We have faith that they are pink; we logically know that they are invisible because we can't see them."

Gebruikersavatar
Berichten: 1.820

Re: Placebo-effect draait om communicatie

Een beetje laat, ik besef het, maar ik wil hier nog even op reageren. Ook omdat ik zonet een artikel heb gelezen dat nogmaals het belang aanstipt van een arts die communicatief en op interpersoonlijk vlak sterk is. Zodanig zelfs dat dit veel belangrijker blijkt te zijn in vergelijking met cognitief sterk zijn in de voorspelling of een student-arts succesvol wordt. En dat is ook wat mijn gut-feeling aangeeft: het is wel degelijk van belang dat een arts empathisch is, zowel voor z'n patiënt als voor de arts zelf, als hij een beetje z'n patiënten wil behouden. Met misschien een voorbehoud voor een zeldzame prof die als bijna enige in z'n vakgebied één of andere levensreddende operatie kan uitvoeren die anderen niet kunnen. Maar dan nog...


Verder zal het ook wel wat verschil uitmaken: de ene patiënt is de andere niet en voor sommige consulten zal empathie belangrijker zijn dan voor andere. Maar een beetje generaliserend gesteld, maakt het wel degelijk een verschil, in die zin dat wél-empathisch belangrijk is én dat een arts een goede reden moet hebben om het niet te zijn... Of, om het even wetenschappelijk te stellen: het is evidence based dat een arts steeds empathisch moet zijn, ook als hij daarvoor iets meer tijd moet vrijmaken voor z'n patiënt...
... De patient voelt zich beter als de behandelend arts meer tijd uittrekt en meer aandacht schenkt aan de patien. Door de werkdruk waar artsen tegenwoordig mee te maken hebben kunnen ze dit helaas lang niet altijd genoeg bieden.
Daar ben ik het volledig mee eens.
Of vervolgens het geneeskundige effect van meer aandacht belangrijker is dan de tijd die men er extra aan kwijt is zal afhankelijk zijn van het kwantitatieve effect. Dit lijkt me zeer lastig te kwantificeren, mijn gut-feeling zegt me dat het effect van de empathische arts niet dusdanig groot is dat het een reden zou zijn om meer tijd per patient vrij te maken.
Mijn gut-feeling gaf en geeft duidelijk iets anders aan... ;)

Even aanhalen waar ik daarnet op stootte... Het artikel is wat ongewoon geschreven, vanuit de ik-vorm, omdat de auteur vertelt over z'n eigen ervaringen, later aangevuld met wetenschappelijk onderzoek die hij erover opzocht.
...25 years later I began advising undergraduates at Stanford University, many of whom had come to Stanford with the hope of eventually becoming a physician. From many of these students I heard what would become a mantra. "I used to be pre-med, but…" It seemed common knowledge among these students that a C+ in organic chemistry was simply incompatible with hopes of becoming a physician. If you can't do science, you can't succeed as a physician. If all you can pull is a C+ in chemistry, it's unlikely you'll get into medical school. By then I had more than two decades of clinical practice experience to teach me what a great physician was. A great physician creates a bond of communication and trust with his or her patient; a great physician can sense the feelings the patient is struggling to express or afraid to try; a great physician is also technically competent and conversant in medical science. ...


I went back in the literature of medical education 40 years before the time of Vaughan's comments, and found no scientific evidence to support his assertion. I went ahead, through more than 90 years of published research. I did find evidence that performance in the undergraduate sciences can predict failure in the initial sciences courses in the medical school curriculum. Those who score in the bottom 10—20% on standardised tests of scientific knowledge are the most likely to fail the early years of medical school (although more than half would succeed, given the chance). ...



It found consistent evidence that performance in the premedical sciences is inversely associated with many of the personal, non-cognitive qualities so central to the art of medicine.
I first found this evidence in my own educational back yard. ...


Harrison Gough, a psychologist at the University of California, Berkeley, administered a series of psychological tests to 1071 students entering medical school at UCSF between 1955 and 1967. Gough reported that students' undergraduate science grades and MCAT science scores were associated with grades in the first 2 years of medical school, but were, "almost completely unrelated to performance in the fourth year and to faculty rating of general and clinical competence". He then compared the psychological profiles of these students with their performance in premedical sciences. He found that the students who did better in science were, "narrower in interests, less adaptable, less articulate, and less comfortable in interpersonal relationships". ...


A number of others have found the psychological profile of students who perform best in the premedical sciences to be the reverse of what one might hope for in a physician. Writing in the 1970s, Witkin found students who were most successful in the sciences, "have an impersonal orientation: they are not very interested in others". Tutton's studies of medical students in Australia in the 1990s found that students who did the best in the premedical sciences scored lower on standardised measures of empathy and tended to be "shy", "submissive", "withdrawn", or "awkward and ill at ease socially", characteristics the author suggested are, "the antithesis of what most of us would want in a clinician". ...



The scientific evidence in support of this conclusion is convincing. I do not mean to suggest that knowledge of science is irrelevant to medical education and medical practice. There is a critically important threshold of scientific knowledge that forms the foundation on which a medical education is built.
However, once one has exceeded this cognitive threshold, additional scientific knowledge adds little to subsequent performance as a physician. ...


If what we seek from our students is professional excellence, we must be careful to base the manner in which we select these students on scientific evidence, not on superstition. Beyond its religious connotation, The Oxford English Dictionary suggests that superstition represents an, "irrational or unfounded belief". The belief that one's knowledge of science represents a continuous metric of the quality of one's preparation for the study of medicine represents precisely such an "unfounded belief". There seems to be no scientific evidence to support it. Great physicians base their professional practice on a threshold of scientific knowledge they have acquired throughout their career. Upon this foundation they build an artistic display of communication, compassion, empathy, and judgment. In selecting students for the study of medicine, we must be careful to avoid superstition, and to adhere to the evidence that equates as metrics of quality a preparation in fundamental scientific principles and the non-cognitive characteristics that are conducive to professional greatness.
uit: Barr, Science as superstition: selecting medical students, The Lancet, Volume 376, Issue 9742, Pages 678 - 679, 28 August 2010


Een kritiek zou kunnen zijn dat het hier niet specifiek gaat om artsen die ook 'goed' zijn in de zin dat ze hun patiënten beter kunnen helpen en dat zij dus sneller genezen. Maar ik denk dat het wel degelijk om zulke artsen gaat die hier beschreven worden. Succesvolle artsen zijn artsen die, naast het feit dat ze voldoende wetenschappelijke kennis hebben, vooral ook hoog scoren op communicatie, empathie en sociale vaardigheden. Vandaar: 'jawel, het is wel degelijk belangrijk dat een arts wat meer tijd vrijmaakt voor z'n patiënt én dat hij zich empathisch opstelt! Dit is zowel van belang voor de patiënt als voor de arts die toch ook graag een goede arts wil zijn.'


Dido
Ik ben niet jong genoeg om alles te weten...
-Oscar Wilde-

Reageer