Natrium wordt dan Na+, het staat één elektron af. De natrium-ionen gaan dan bij het zuurstof atoom van water hangen, omdat die negatief geladen is.
Klopt!
Maar wat ik niet snap is, stel je hebt NaCl. Chloor lost toch ook op in water, ondanks dat het zeven elektronen in de buitenste schil heeft. In de definitie wordt gesproken van één elektron in de buitenste schil.
De stelling is te specifiek om algemeen over oplosbaarheid te praten. Het is inderdaad zo dat Cl
-, Ca
2+ en vele andere ionen goed oplosbaar zijn in water.
Vergelijk je stelling met:
'Rode appels zijn afkomstig van een appelboom' en
'Groene appels zijn afkomstig van een appelboom' beide stellingen zijn correct. Echter sluit de eerste stelling de twee niet uit of omgekeerd.
De oplosbaarheid van verbindingen kan je nagaan met o.a.
deze tabel.
"Success is the ability to go from one failure to another with no loss of enthusiasm" - Winston Churchill