(Bron)In de darmholte leven veel bacteriën (darmflora) die meehelpen met de voedselvertering door stoffen af te breken tot makkelijk op te nemen voedingsstoffen. Hierbij is voornamelijk de productie van vitamine K door deze bacteriën belangrijk. Bij pasgeboren baby's ontbreken deze bacteriën nog, waardoor ze door een tekort aan vitamine K bloedingsstoornissen kunnen krijgen. Elke pasgeborene krijgt daarom 1 milligram vitamine K. Zonder deze darmflora kan een mens niet overleven.
De NVK kwam een jaar geleden met het volgende nieuws:
(Bron)Minister Schippers van Volksgezondheid heeft het advies van de Gezondheidraad en de NVK om de toediening van vitamine K aan pasgeborenen met een factor zes te verhogen overgenomen. Dit schrijft de minister in een brief aan de Tweede Kamer. [...] Het nieuwe beleid omvat een verhoging van de vitamine K-dosering vanaf dag 8 tot 3 maanden na de geboorte voor alle borstgevoede zuigelingen van 25 microgram naar 150 microgram per dag. Dit is conform het advies van de Gezondheidsraad.
De doorvoering gaat met om baby's die worden gevoed door borstvoeding. Maar ook direct na de geboorte, doordat de verloskundige een intramusculaire injectie toedient, het beleid:
(Bron)Gezien het grote aantal thuisbevallingen in Nederlandzouden anders alle betrokken verloskundigen intramusculaire injecties aan pasgeborenen moeten
geven. Op wetenschappelijke gronden zou het te prefereren zijn om te kiezen voor een bewezen effectieve orale profylaxe: 2 mg oraal bij de geboorte gevolgd door een wekelijkse orale dosis van 1 mg. De dosis direct na de geboorte blijft echter op advies van de Gezondheidsraad (Publicatie nr. 2010/11) gehandhaafd op 1 mg omdat er onder dit profylaxeregime geen gevallen van vitamine-deficiëntiebloedingen opgetreden zijn tijdens de eerste twee levensweken.
Het beeld wordt geschetst dat een pasgeborene enkel kan overleven door de toediening van vitamine K direct na de geboorte. Uiteraard is het een belangrijk stofje voor het lichaam (bloedstolling), dat niet door de placenta kan worden doorgegeven en pasgeborenen nog niet in de darmen aanmaken.
Wat ik echter niet helemaal kan volgen is het feit dat een baby vroeger ook prima kon overleven zonder een shotje vitamine K te krijgen na de geboorte.
Natuurlijk wil men tegenwoordig allerlei preventies doorvoeren, maar gaat dit niet te ver?
Daarnaast; volgens de nieuwe richtlijn zullen enkel de baby's die borstvoeding krijgen, dagelijks 150 microgram vitamine K via de moedermelk ontvangen na de standaarsinjectie direct na de geboorte. Maar:
- Als het zo'n belangrijke toevoeging aan het leven van een pasgeborene is, waarom moet het dan afhangen van het feit of de moeder borstvoeding wil geven en of de moeder zich wel aan de richtlijn houdt? Die 150 microgram zal zij namelijk extra moeten innemen.
Ik neem dan aan dat de kinderen die geen borstvoeding krijgen, dit dan halen uit het melkpoeder uit de supermarkt....
- Is het niet een wat te perfecte situatie dat wanneer de moeder 150 microgram extra neemt, het kind dit dan ook als 150 microgram zal ontvangen?! Hoe weet je dus of de pasgeborene dan aan die 150 microgram vitamine K per dag komt als het eerst nog door het hele systeem van de moeder gaat?