[wiskunde] Lastige denkvraag
Moderators: ArcherBarry, Fuzzwood
-
- Berichten: 5
Lastige denkvraag
Barbara en Jeanine joggen in een
stadion waarbij zij meerdere rondes over de athletiekbaan lopen, net zo lang tot zij er bij neervallen.
Jeanine heeft a minuten nodig voor een volledige ronde en Barbara b minuten. Barbara loopt sneller, dus b < a. Ze starten op hetzelfde punt en op hetzelfde moment.
(a) Na hoeveel minuten heeft Barbara Jeanine een hele ronde ingehaald? Welke relatie geldt er
tussen a en b als op dat moment Jeanine nog niet een hele ronde gelopen heeft?
(b) Bereken onder de aanname dat de in onderdeel (a) bedoelde relatie geldt het aantal minuten
dat Jeanine nog moet lopen om haar eerste ronde te voltooien vanaf het moment dat Barbara
haar (voor het eerst) inhaalt.
Zoals gezegd blijven de dames doorrennen tot zij er bij neervallen. Dit blijkt c minuten na de start
te zijn, en wel precies op een moment dat Barbara voor de zoveelste keer Jeanine inhaalt, zodat
de dames elkaar uitgeput in de armen kunnen vallen.
© Hoeveel rondes heeft op dat moment Barbara meer gelopen dan Jeanine? Het antwoord is
een uitdrukking in a, b en c. Is het antwoord een geheel getal?
(d) Beantwoord de vragen a t/m c nu als Barbara en Jeanine in de tegengestelde richting vertrekken.
stadion waarbij zij meerdere rondes over de athletiekbaan lopen, net zo lang tot zij er bij neervallen.
Jeanine heeft a minuten nodig voor een volledige ronde en Barbara b minuten. Barbara loopt sneller, dus b < a. Ze starten op hetzelfde punt en op hetzelfde moment.
(a) Na hoeveel minuten heeft Barbara Jeanine een hele ronde ingehaald? Welke relatie geldt er
tussen a en b als op dat moment Jeanine nog niet een hele ronde gelopen heeft?
(b) Bereken onder de aanname dat de in onderdeel (a) bedoelde relatie geldt het aantal minuten
dat Jeanine nog moet lopen om haar eerste ronde te voltooien vanaf het moment dat Barbara
haar (voor het eerst) inhaalt.
Zoals gezegd blijven de dames doorrennen tot zij er bij neervallen. Dit blijkt c minuten na de start
te zijn, en wel precies op een moment dat Barbara voor de zoveelste keer Jeanine inhaalt, zodat
de dames elkaar uitgeput in de armen kunnen vallen.
© Hoeveel rondes heeft op dat moment Barbara meer gelopen dan Jeanine? Het antwoord is
een uitdrukking in a, b en c. Is het antwoord een geheel getal?
(d) Beantwoord de vragen a t/m c nu als Barbara en Jeanine in de tegengestelde richting vertrekken.
- Berichten: 1.146
Re: Lastige denkvraag
Opmerking moderator
We zijn geen antwoordenmachine. Wat heb je zelf al bedacht? Waar loop je tegen problemen aan?
A word of encouragement during a failure is worth more than an hour of praise after success.
I hear, I know. I see, I remember. I do, I understand -Confucius-
I hear, I know. I see, I remember. I do, I understand -Confucius-