Spectroscopische meettechnieken

MaartenC

Hallo,

Ik ben bezig met oud examenvragen op te lossen en kwam deze tegen:

De longitudinale relaxatietijd van benzeen (τc = 10-10 s) neemt toe wanneer de temperatuur toeneemt terwijl dat van een oligonucleotide een groot molecule (τc = 10-6 s) afneemt. τc neemt toe naarmate de temperatuur stijgt. Wat gebeurt er met de transversale relaxatietijd van de beide moleculen wanneer de temperatuur stijgt?

Iemand enig idee? of kan mij opweg helpen?

Marko

De vraagstelling is een beetje verwarrend. \(\tau_c\) is namelijk niet de longitudinale relaxatietijd. Het is de correlatietijd, en zowel de longitundinale relaxatietijd (T₁) als de transversale relaxatietijd (T₂) zijn hieraan gerelateerd.

Ken je deze vergelijkingen? Probeer ze anders terug te vinden - ik neem aan dat ze ergens in je boek verstopt moeten staan, al kan het zomaar zijn dat dat ergens in een hoekje achteraf is.

MaartenC

In de cursus staat enkel een grafiek over de afhankelijkheid van T1 en T2 met de correlatietijd van de fluctuaties, de vergelijkingen zelf staat er precies niet in. Maar deze heeft dus een belang bij de T afhankelijkheid van T1 en T2?

Marko

Nu ja, als je weet hoe de relaxatietijden afhangen van de correlatietijd, en je weet hoe de correlatietijd afhangt van de temperatuur (staat in de opgave), dan kun je ook afleiden hoe de relaxatietijden motorzweefvliegtuig van de temperatuur.

Dat kan ook zonder exacte vergelijkingen, de grafieken zijn genoeg.

Wetenschapsforum

Laatste berichten

Nieuwsberichten

Spectroscopische meettechnieken

Spectroscopische meettechnieken

Re: Spectroscopische meettechnieken

Re: Spectroscopische meettechnieken

Re: Spectroscopische meettechnieken