Klintersaas schreef:
(Herkomst: toelatingsexamen juli 1997)
13) De haploïde DNA-hoeveelheid in de kern van een zaadcel van een muis bedraagt 2,5 · 10-12 g.
Hoeveel DNA bevindt zich in een zygote die zich in de metafase van de eerste klievingsdeling bevindt?
<ul class="bbcol">[*]2,5 · 10-12 g
[*]5 · 10-12 g
[*]1 · 10-11 g
[*]5 · 10-11 g
[/list]
Hoe geraakt men aan de uitkomst? Je hebt toch ook de massa van de eicel nodig om te weten hoeveel gram DNA in een zygote bevindt?
en daarna is er dna-replicatie maar bij klievingsdeling blijft de massa hetzelfde.
23 chromosomen en 23 chromosomen in een eicel. Dus als 23 chromosomen in de zaadcel gelijk is aan 2,5 x 10 tot de -12 g, dan heeft
de 23 chromosomen van de eicel toch ook dat gewicht? Dus kwam ik uit aan 5 x 10 tot de -12 g.
Waar ben ik misgegaan?
Hmm, zover ik in ieder geval weet wordt er tijdens elke celdeling het totale genoom gekopieerd. Dat wil dus zeggen dat er net voor de deling dus de dubbele hoeveelheid aan DNA aanwezig is.
