[Natuurkunde] Plaatsbepaling

Inxi

Ik zou graag wat hulp hebben bij plaatsbepaling. Ik ben niet echt een ster in exacte vakken, dus in je antwoorden mag je erg uitvoerig zijn.

Vraag 1

Hoe bepaal je waar je bent aan de hand van de poolster, en is dit alleen mogelijk als het nacht is?

Vraag 2

Hoe bepaal je waar je bent aan de hand van de maximale zonshoogte?

Misschien zijn dit voor jullie erg makkelijke vragen, maar ik ben zoals gezegd erg slecht in exacte vakken. Alvast bedankt!

Jan van de Velde

een paar van de principes staan hier al uitgelegd.

http://www.wetenschapsforum.nl/invision/in...ght=chronometer

EDIT>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>

En kom daarna gerust met vragen terug, want compleet is het allemaal niet.

Inxi

Oke, ik ben er al iets meer uit, maar ik zou eigenlijk graag antwoorden hebben op de volgende vragen. (het zijn veel vragen, maar waarschijnlijk voor jullie niet moeilijk. (Dit is proefwerkvoorbereiding, sommige antwoorden weet ik zelf al, maar ik zou graag een complete lijst hebben.) Sommige vragen zijn niet echt goed geformuleerd (dit komt omdat ik het van een wat moet je kennen en kunnen lijstje heb.) Als er vragen zijn die niet te antwoorden zijn, zeg dat even.

Hier komen wat vragen

1. Wat wordt er bedoeld met de lengte- en breedtegraad?

2. Leg uit waarom bij plaatsbepaling lengte- en breedtegraad allebei nodig zijn.

3. Hoe bepaal je met behulp van de poolster de breedtegraad.

4. Wat wordt er bedoeld met de maximale zonshoogte?

5. Hoe bepaal je met behulp van de maximale zonshoogte de breedtegraad.

6. Op welke dagen in het jaar staat de zon precies boven de evenaar?

7. Leg uit hoe het komt dat de zon op het noordelijk halfrond in de winter lager staat dan in de zomer, en welk gevolg dit heeft voor de hoeveelheid uren licht overdag.

8. Leg uit dat de zon voor ons in het oosten opkomt en in het westen ondergaat, en dat dit door de draairichting van de aarde wordt veroorzaakt.

9. Leg uit dat de aarde in 24 uur een keer om zijn as draait. (Waarschijnlijk niet uit te leggen.. het is een feit denk ik)

10. Leg uit dat de wereld is verdeeld in 24 tijdzones van allemaal 15graden. (24 uur x 15graden = 360 graden per etmaal)

11. De greenwich mereidaan is de nullijn. Hoe verklaar je dan dus dat ten oosten van Greenwich het later op de dag is, en westelijk van greenwich vroeger is?

12. Waarom het draaien van de aarde rond de zon ervoor zorgt dat wij seizoenen hebben.

13. Leg uit dat als het op het zuidelijk halfrond zomer is, het op het noordelijk halfrond winter en omgekeerd.

14. Wat wordt er bedoeld met schijngestalten van de maan, en hoe die tot stand komen.

15. Hoe komt een maansverduistering tot stand

16. Hoe komt een zonsverduistering tot stand

17. Wat wordt er bedoeld met het getij

18. Hoe komt het dat het 2 maal per dag eb en vloed is.

19. Waarom de zon minder invloed op eb en vloed heeft dan de maan.

20. Wat wordt er met springtij bedoeld, en wanneer en waarom dat plaats vindt.

21. Wat wordt er met doodtij bedoeld?

22. Waarom gesprekken tijdens het tv-journaal die via een satelliet verlopen, lange pauzes kennen.

23. Wat is het nut van een ruimtestation zoals ISS?

24. Wat is het verschil tussen een planeet en een planetoide

25. Welke planeten horen tot de binnenplaneten, en welke tot de buitenplaneten

26. Waarom zijn wetenschappers zo geinteresseerd in de planeet Mars

27. Wat is het verschil tussen kometen, meteoren en meteorieten.

28. Hoe zijn wetenschappers erachter gekomen dat de zon niet om de aarde draait (zoals in de bijbel staat) maar andersom.

29. Waarom vermoeden wetenschappers dat ons zonnestelsel is ontstaan is uit een en dezelfde oerwolk van gas en stof.

30. Waarom de zon wel licht geeft en planeten en de manen niet

Wouter_Masselink

Het is niet de bedoeling om andere gebruikers als een 'antwoorden machine' te gebruiken. Kijk zelf eerst even welke vragen je al kan beantwoorden en kom dan weer terug.

Veel vragen hebben niet direct iets te maken met exacte vakken. Bijvoorbeeld 'waarom is het nodig om bij plaatsbepaling lengte- en breedte graad te hebben'.

antwoord: 1 lijn geeft geen exacte locatie. Een kruising van 2 lijnen daarentegen wel. Ik neem aan dat je dit nodig hebt voor ANW? Hierbij is het vooral van belang dat je niet te moeilijk en vooral logisch nadenkt.

why73

Als je eerst even zegt welke antwoorden je wel weet. Dat scheelt namelijk een hoop typewerk.

Jan van de Velde

Kortom, een complete cursus astrologie van de aarde?

Wat denk je, die lui die op het wetenschapsforum rondhangen hebben toch niets beters te doen?

Je vragen 17-21, geleend van:

http://www.urania.be/sterrenkunde/hemelmec...ntfriendly=true

De oceanen op aarde vertonen getijden: het waterpeil op een gegeven plaats kan aanzienlijk veranderen in de loop van de dag. De oorzaak hiervan ligt hoofdzakelijk in de aantrekkingskracht van de maan. Daar waar de oceanen het dichtst en het verst van de maan staan, is het vloed (hoge waterstand), loodrecht daarop is het eb (lage waterstand). Doordat de aarde in een dag om haar eigen as draait, is het voor een gegeven plek op aarde elke dag tweemaal eb, en tweemaal vloed.

Afbeelding

moderator: het nuvolgende verhaal gekopieerd van www.urania.be betreffende de getijdenbulten is NIET correct. Zie vooral http://www.vialattea.net/maree/eng/index.htm

De zwaartekracht van de maan trekt het water van de oceanen naar zich toe. De sterkte van de zwaartekracht neemt af met de afstand, dus het oceaanwater dat het dichtst bij de maan staat, wordt sterker naar de maan toe getrokken dan het water aan de tegenovergestelde kant van de aarde. Dit verklaart dat het vloed is het dichtst bij de maan.

Afbeelding

Anderzijds draait de maan om de aarde, of, om het precieser te stellen, de aarde en maan draaien beiden om hun massamiddelpunt. Dit massamiddelpunt bevindt zich in de aardbol, niet in het middelpunt van de aarde, maar een 4600-tal kilometer meer naar de maan toe. Terwijl de maan om de aarde draait, zal de aarde dus ook "meezwieren". De "zwierkracht", of middelpuntvliedende kracht, is groter naarmate men verder van het draaiingsmiddelpunt staat. Het oceaanwater in de richting weg van de maan zal dus het sterkst van de aarde weggezwierd worden. Dit verklaart waarom het ook vloed is rond het punt dat het verst van de maan staat

Afbeelding

Invloed van de zon

De zon oefent natuurlijk een veel grotere aantrekkingskracht uit op onze planeet dan de maan. Toch is de invloed van de zon op de getijden veel kleiner dan die van de maan. De afstand tussen de zon en de 'voorkant' van de aarde verschilt in verhouding bijna niets met de afstand tussen de zon en de 'achterkant' van de aarde. Het verschil in afstand bedraagt minder dan 0.01% van de gemiddelde afstand aarde - zon. Voor de afstand tussen aarde en maan bedraagt dit verschil iets meer dan 3%. De maan zorgt dus duidelijk voor een veel groter verschil in aantrekkingskracht tussen de 'voor-' en 'achterkant' van de aarde.

De invloed van de zon op de getijden merken we bijvoorbeeld wel als zon, aarde en maan op één lijn staan. De aantrekkingskracht van de zon geeft dan een extra duwtje (of een trekje, eigenlijk) en we krijgen springtij.

Staat de zon loodrecht op de lijn aarde - maan dan zal de zon de getijdenwerking van de maan tegenwerken en spreken we van doodtij.

Spring- en doodtij komen twee maal per synodische maand voor.

Inxi

1. Wat wordt er bedoeld met de lengte- en breedtegraad?

2. Leg uit waarom bij plaatsbepaling lengte- en breedtegraad allebei nodig zijn.

3. Hoe bepaal je met behulp van de poolster de breedtegraad.

4. Wat wordt er bedoeld met de maximale zonshoogte?

5. Hoe bepaal je met behulp van de maximale zonshoogte de breedtegraad.

6. Op welke dagen in het jaar staat de zon precies boven de evenaar?

7. Leg uit hoe het komt dat de zon op het noordelijk halfrond in de winter lager staat dan in de zomer, en welk gevolg dit heeft voor de hoeveelheid uren licht overdag.

8. Leg uit dat de zon voor ons in het oosten opkomt en in het westen ondergaat, en dat dit door de draairichting van de aarde wordt veroorzaakt.

9. Leg uit dat de aarde in 24 uur een keer om zijn as draait. (Waarschijnlijk niet uit te leggen.. het is een feit denk ik)

10. Leg uit dat de wereld is verdeeld in 24 tijdzones van allemaal 15graden. (24 uur x 15graden = 360 graden per etmaal)

11. De greenwich mereidaan is de nullijn. Hoe verklaar je dan dus dat ten oosten van Greenwich het later op de dag is, en westelijk van greenwich vroeger is?

12. Waarom het draaien van de aarde rond de zon ervoor zorgt dat wij seizoenen hebben.

13. Leg uit dat als het op het zuidelijk halfrond zomer is, het op het noordelijk halfrond winter en omgekeerd.

14. Wat wordt er bedoeld met schijngestalten van de maan, en hoe die tot stand komen.

15. Hoe komt een maansverduistering tot stand

16. Hoe komt een zonsverduistering tot stand

17. Wat wordt er bedoeld met het getij

18. Hoe komt het dat het 2 maal per dag eb en vloed is.

19. Waarom de zon minder invloed op eb en vloed heeft dan de maan.

20. Wat wordt er met springtij bedoeld, en wanneer en waarom dat plaats vindt.

21. Wat wordt er met doodtij bedoeld?

22. Waarom gesprekken tijdens het tv-journaal die via een satelliet verlopen, lange pauzes kennen.

23. Wat is het nut van een ruimtestation zoals ISS?

24. Wat is het verschil tussen een planeet en een planetoide

25. Welke planeten horen tot de binnenplaneten, en welke tot de buitenplaneten

26. Waarom zijn wetenschappers zo geinteresseerd in de planeet Mars

27. Wat is het verschil tussen kometen, meteoren en meteorieten.

28. Hoe zijn wetenschappers erachter gekomen dat de zon niet om de aarde draait (zoals in de bijbel staat) maar andersom.

29. Waarom vermoeden wetenschappers dat ons zonnestelsel is ontstaan is uit een en dezelfde oerwolk van gas en stof.

30. Waarom de zon wel licht geeft en planeten en de manen niet

Sorry voor een dubbelpost, maar ik kan een post waarop is geantwoord niet veranderen. De vragen die rood zijn daarvan heb ik het antwoord. (mede door posts van users)

why73

vraag 3 en 5 hebben beide hetzelfde antwoord.

De hoogte van de poolster/zon is afhankelijk van de breedtegraad waar je je bevind.

4. Dit is de grootste hoogte die de zon op een dag boven de horizon uitkomt (12.00 uur 's-middags)

6. de zon staat 2x per jaar recht boven de evenaar, nl bij het begin van de lente en herfst

Jan van de Velde

9. De aarde draait om haar as. Deze as staat recht op het baanvlak van de aarde om de zon. (eigenlijk is dat onder een hoek van 66,5°, maar dat denken we even weg). Als je dus een zonnestraal tekent richting het middelpunt van de aarde dan zie je het aardoppervlak onder die zonnestraal doordraaien. Bij elke hele draaiing raakt die zonnestraal weer hetzelfde punt. De tijd voor één zo'n hele draaiing hebben wij een etmaal genoemd. (een zonnedag) En dat etmaal hebben wij in 24 uren verdeeld. En dat laatste is dus gewoon een kwestie van definitie.

Overigens is dit zelfs een misvattinkje. De aarde draait in 23 uur 56 minuten en enkele seconden om haar as. Maar omdat de aarde ook om de zon draait moet de aarde elke dag gemiddeld 4 minuten "inhalen". Hieronder een bovenaanzicht van de baan van de om haar as draaiende aarde die om de zon draait. Het dikke dwarsstreepje op de aarde geeft steeds de stand aan na een geheel aantal hele draaiingen, met steeds een aantal weken ertussen. Je ziet dat de aarde elke dag een beetje meer dan een hele draaiing moet maken om de zonnestraal weer op hetzelfde punt te laten vallen.

http://www.wetenschapsforum.nl/invision/in...showtopic=17936

Afbeelding

Jan van de Velde

4 en 5:

De zonshoogte leg je dus uit als de hoek die een zonnestraal maakt met de raaklijn aan het aardoppervlak.

StrangeQuark

30: Dit heeft te maken met de massa van de zon. De zon is vele malen zwaarder dan de planeten of manen. Je weet misschien wel dat hoe meer massa een object heeft, hoe meer zwaartekracht het heeft, en dus hoe harder het aan dingen trekt. Daardoor weeg je minder op de maan en meer op Jupiter. Elk klein deeltje, elk atoom, elk molecuul, trekt heel ontzettend ontzaggelijk zachtjes aan zijn buur atomen en moleculen. Het ding is dat bij een planeet heb je er ontzettend ontzaggelijk veel, en bij elkaar is dat toch veel kracht. Een zon is zo ontzettend veel groter dan de aarde, dat de aarde er wel een miljoen keer in past, dus de zon weegt ook zoveel zwaarder, en bij elkaar trekken de deeltjes dus ook veel harder aan elkaar. In den beginne van ons zonnestelsel bestond alles uit hompen steen van oudere sterren en hopen waterstof gas. Dit waterstof gas, begon langzaam maar zeker aan elkaar te trekken en groepjes te vormen. Groepjes trokken elkaar naar zich toe, en de groepen werden als maar groter (kudde dieren dus). De zon werd op een gegeven moment zo groot en de deeltjes trokken dus zo hard aan elkaar, dat ze met elkaar versmolten. En net zoals dat jij met je (ik weet niet of je jongen of meisje bent) vriendje of vriendinnetje ook veel warmte produceert als je samensmelt, zo ook met de waterstof atomen. De hoeveelheid warmte die dat samensmelten veroorzaakt is ongelooflijk. Meer dan een atoombom. Op de zon komt er even veel energie vrij van die explosies als 10000 Hiroshima atoom bommen bij elkaar. PER SECONDE. Het zijn die explosies die het licht veroorzaken, net zoals dat vuur van een lucifer ook licht veroorzaakt. De zon straalt dat uit en via de maan en de planeten wordt dat weer als een spiegel naar de aarde gereflecteerd. Hierdoor geeft de zon wel licht en de planeten of manen niet.

25: Binnen: Mercurius, venus, aarde, mars

Buiten: Jupiter, saturnus, uranus, neptunus, (Pluto) (Pluto is ook een buitenplaneet, maar valt er een beetje buiten omdat de eerste vier de gasreuzen zijn en pluto niet)

27: Komeet: Vieze sneeuwbal van 1-100KM groot die door het heelal vliegt, vaak met staart ontstaan door de fotonen van de zon.

Meteoor: Is een klein stofdeeltje wat in de dampkring terecht komt. Ook wel een vallende ster genoemd. Het is klein en slaat niet in, het verbrand snel in de atmosfeer, door de wrijving

Meteoriet: Is een grotere Meteoor die op aarde neerstort.

23: Daar ga ik echt niet op in: http://en.wikipedia.org/wiki/International...l_Space_Station Zoek het op, ga naar nasa.

22: Satalieten hangen op 36800km hoogte (geostationaire positie) Dat moeten ze doen omdat ze op deze manier continue boven hetzelfde stuk hangen van de aarde. Het zou vervelend zijn als je sataliet midden in een telefoongesprek ineens buiten bereik zou zijn. Op die 36800km hoogte doet een sataliet er ongeveer 24 uur over om om de aarde heen te gaan. De totale afstand is dus 73000Km De lichtsnelheid gaat met 300 000km per seconde, dus dat kost heel eventjes om te bereiken, daarnaast moet je via diverse tussen stations op aarde, misschien onderling nog tussen wat satalieten heen en weer, al met al kom je op wat vertraging uit.

16 De maan draait tussen de aarde en de zon in, waardoor de maan de zon afdekt. Onze maan is de enige maan die de zon precies afdekt dus niet lijkt alsof deze te groot of te klein is. De onderlinge afstanden zijn ook aan het veranderen dus over een paar miljoen jaar, kun je niet meer een totale zonsverduistering zien, geniet er dus maar van.

15 De maan draait achter de aarde, dus de maan blokeert de zonnestralen om de maan te bereiken, de aarde zit tussen de zon en de maan in.

Dit zijn vragen die ik echt heel simpel kan beantwoorden en die jij echt op internet Heel makkelijk kan vinden, ik heb ze allemaal getest en je kan ze binnen een minuut vinden. Ik wil je best helpen, maar ik heb het gevoel dat je niet helemaal goed gezocht hebt.

Inxi

1. Wat wordt er bedoeld met de lengte- en breedtegraad?

2. Leg uit waarom bij plaatsbepaling lengte- en breedtegraad allebei nodig zijn.

3. Hoe bepaal je met behulp van de poolster de breedtegraad.

4. Wat wordt er bedoeld met de maximale zonshoogte?

5. Hoe bepaal je met behulp van de maximale zonshoogte de breedtegraad.

6. Op welke dagen in het jaar staat de zon precies boven de evenaar?

7. Leg uit hoe het komt dat de zon op het noordelijk halfrond in de winter lager staat dan in de zomer, en welk gevolg dit heeft voor de hoeveelheid uren licht overdag.

8. Leg uit dat de zon voor ons in het oosten opkomt en in het westen ondergaat, en dat dit door de draairichting van de aarde wordt veroorzaakt.

9. Leg uit dat de aarde in 24 uur een keer om zijn as draait. (Waarschijnlijk niet uit te leggen.. het is een feit denk ik)

10. Leg uit dat de wereld is verdeeld in 24 tijdzones van allemaal 15graden. (24 uur x 15graden = 360 graden per etmaal)

11. De greenwich mereidaan is de nullijn. Hoe verklaar je dan dus dat ten oosten van Greenwich het later op de dag is, en westelijk van greenwich vroeger is?

12. Waarom het draaien van de aarde rond de zon ervoor zorgt dat wij seizoenen hebben.

13. Leg uit dat als het op het zuidelijk halfrond zomer is, het op het noordelijk halfrond winter en omgekeerd.

14. Wat wordt er bedoeld met schijngestalten van de maan, en hoe die tot stand komen.

15. Hoe komt een maansverduistering tot stand

16. Hoe komt een zonsverduistering tot stand

17. Wat wordt er bedoeld met het getij

18. Hoe komt het dat het 2 maal per dag eb en vloed is.

19. Waarom de zon minder invloed op eb en vloed heeft dan de maan.

20. Wat wordt er met springtij bedoeld, en wanneer en waarom dat plaats vindt.

21. Wat wordt er met doodtij bedoeld?

22. Waarom gesprekken tijdens het tv-journaal die via eensatelliet verlopen, lange pauzes kennen.

23. Wat is het nut van een ruimtestation zoals ISS?

24. Wat is het verschil tussen een planeet en een planetoide

25. Welke planeten horen tot de binnenplaneten, en welke tot de buitenplaneten

26. Waarom zijn wetenschappers zo geinteresseerd in de planeet Mars

27. Wat is het verschil tussen kometen, meteoren en meteorieten.

28. Hoe zijn wetenschappers erachter gekomen dat de zon niet om de aarde draait (zoals in de bijbel staat) maar andersom.

29. Waarom vermoeden wetenschappers dat ons zonnestelsel is ontstaan is uit een en dezelfde oerwolk van gas en stof.

30. Waarom de zon wel licht geeft en planeten en de manen niet

De rode vragen daarvan heb ik de antwoorden, van de groene snap ik het antwoord niet. (Hij is in dit topic wel gegeven, maar ik snap het niet).

Van alle groene vragen snap ik het antwoord helemaal niet. Van het antwoord op 22 heb ik meer duidelijkheid nodig.

22: Satalieten hangen op 36800km hoogte (geostationaire positie) Dat moeten ze doen omdat ze op deze manier continue boven hetzelfde stuk hangen van de aarde. Het zou vervelend zijn als je sataliet midden in een telefoongesprek ineens buiten bereik zou zijn. Op die 36800km hoogte doet een sataliet er ongeveer 24 uur over om om de aarde heen te gaan. De totale afstand is dus 73000Km De lichtsnelheid gaat met 300 000km per seconde, dus dat kost heel eventjes om te bereiken, daarnaast moet je via diverse tussen stations op aarde, misschien onderling nog tussen wat satalieten heen en weer, al met al kom je op wat vertraging uit.

Want in het lijstje kennen en kunnen staat dat het een 'lange/grote' pauze is. Maar als de afstand 73000 KM is en de lichtsnelheid 300000km/seconde snap ik niet waarom er dan lange/grote pauze staat. (De vraag is fout geformuleerd misschien? Want zo lang lijkt die pauze me dan dus neit).

Jan van de Velde

20. Wat wordt er met springtij bedoeld, en wanneer en waarom dat plaats vindt.

21. Wat wordt er met doodtij bedoeld?

Zon en maan trekken dus beide aan dat water. Als ze allebei dezelfde kant op trekken, versterken ze elkaars effecten en krijg je een extra hoge vloed (springtij). Trekken ze een tegengestelde kant op, dan verzwakken ze elkaars effect en krijg je een extra lage hoogste waterstand (doodtij)

http://www.getij.nl/index.cfm?page=uitleg.springdood

StrangeQuark

Ach lange grote pauze. De pauze die je op tv ziet is hooguit een seconde of wat. Dus inclusief schakelingen, tussenstations, en de fysieke afstand denk ik dat je wel goed uitkomt.

Ik heb ook nog een aantal andere vragen, rood gemaakt, die in m'n post staan, of snap je een van de antwoorden niet. 10 12 30 27

24 (Eerste hit bij het opzoeken)

Het verschil tussen een planetoide en een planeet is dat een planetoide grillige vormen heeft en een planeet niet. Een planeet is mooi rond, en is dus duidelijk op te meten, een planetoide is lastig te omschrijven als een bepaalde grootte, omdat hij bijvoorbeeld erg lang en smal is. Dit heeft te maken met de hoeveelheid massa (daarom zijn planeten vaak groter) omdat de bergen door hun eigen gewicht een beetje in elkaar zakken, en hierdoor na verloop van hele LANGE tijd, de planeten rond worden.

26 Hij staat het dichtst bij, hij lijkt het meest op de aarde kwa grootte en omdat hij vroeger water had. Mars is net een beetje te klein waardoor hij te weinig zwaartekracht heeft om zijn atmosfeer vast te houden, de atmosfeer lekt dus langzaam weg, daarom is het waarschijnlijk bij Mars fout gegaan in de geschiedenis en bij ons goed, miljarden jaren geleden leken de twee planeten erg op elkaar. Dit is dus interesant omdat het iets kan vertellen over onze eingen geschiedenis van de aarde, waar het fout kan gaan. Ook is dit interessant omdat we misschien Mars kunnen gaan bevolken. Verder zit er ook nog een aspect aan dat dit gewoon de makkelijkst te bereiken planeet is, en we nog nooit een voet op een andere planeet hebben gezet. Logischer wijs begin je bij de planeet die het dichtst bij staat en daarna ga je wel weer verder kijken.

28 Er zijn een aantal redenen voor, waaronder het probleem dat de banen van sterren en voornamelijk overige planeten heel erg lastig goed te praten zijn met een aarde in het middelpunt. De overige planeten maken hele vreemde bewegingen als wij in het midden zouden staan. De overige planeten, lijken langzaam af te remmen, even achteruit te gaan voordat ze weer verder gaan, hieruit heeft men uiteindelijk bedacht dat het andersom zou moeten zijn.

13 Kom op, over alles wat je nu weet over de gekantelde aardas, dan moet je dat denk ik kunnen verzinnen. (Denk aan het extreme geval de de aardas richting de zon stond, dan was het altijd licht op het noordelijkhalfrond en donker (winter) op het zuidelijk halfrond.

14: (Weer iets wat heel simpel in een encyclopedie op te zoeken is)Nieuwe maan, eerste kwartier, volle maan, laatste kwartier. Heeft te maken met vanaf welke kant het licht komt op de maan of planeten. (kan alleen bij Mercurius en Venus)

Jan van de Velde

De poolster staat in het verlengde van de aardas. Het poolsterlicht valt dus van boven op de aarde. Vergelijk verder met antwoord 4. Antwoord op vraag 5 moet dan ook duidelijk zijn. Zoniet, teken dan poppetjes op verschillende breedtegraden, en teken onder welke hoek zij zon of poolster zullen zien.

Wetenschapsforum

Laatste berichten

Nieuwsberichten

[Natuurkunde] Plaatsbepaling

[Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling

Re: [Natuurkunde] Plaatsbepaling