Chromatografie

Chromatografie

We moeten op school op een aantal vragen antwoord geven.

Ik heb gezocht op het internet, maar ik kan het niet vinden.

Dit zijn de 4 vragen.

1. Wanneer gebruik je de verschillende vormen van chromatografie? (dunnelaag chromatografie,kolomchromatografie,gaschromatografie)

2. Wat is de functie van de drager (het dragermateriaal)?

3. Welke verschillende kolommaterialen worden het meest gebruikt?

4. Wat bepaalt de keuze van de loopvloeistof?

Bij voorbaat dank!

Klintersaas

Ik stel voor dat je in het vervolg eerst even op Google of Wikipedia kijkt:

Vraag 1:

Gaschromatografie wordt o.a. gebruikt bij de bepaling van:

pesticiden en PCB's in grond en water monsters

de samenstelling van parfums

de samenstelling van ruwe olie

oplosmiddelen in oppervlakte water / verf / verpakkingen / medicijnen / lucht

smaak- en geurstoffen in (alcoholische) dranken

Thin Layer Chromatography (TLC, dunnelaagchromatografie) is een chromatografie-methode waarbij de stationaire fase bestaat uit een dunne laag absorberend materiaal zoals silicagel, aluminiumoxide of cellulose op een stevige ondergrond, meestal glas, aluminium of kunststof.

Het proces komt in grote lijnen overeen met papierchromatografie, met als voordeel een kortere looptijd, betere scheiding en de keuze uit meerdere loopvloeistoffen.

TLC is een veelgebruikte techniek in de organische chemie. Vanwege de eenvoud en snelheid is TLC een veelgebruikte methode om een chemische reactie te volgen.

Vlekken op een TLC-plaatje die onder normale omstandigheden niet zichtbaar zijn, zijn vaak wel zichtbaar onder UV-licht of na behandeling met jodiumdamp.

Kolomchromatografie wordt o.a. gebruikt voor het opzuiveren van producten in een organisch laboratorium.

Vraag 2:

De wezenlijke bedoeling van chromatografie is het scheiden van opgeloste moleculen op basis van hun interactie met een vaste drager. Omdat gekend is hoe snel een bepaalde stof zich door deze drager verplaatst kan men, indien men niet weet welke de verschillende componenten zijn, aan de hand van de snelheid waarmee de ongekende component zich door de drager verplaatst de component identificeren.

Vraag 3:

Bij kolomchromatografie zit de stationaire fase in een holle buis van glas, roestvrij staal of kunststof.

Vraag 4:

Het eluens, of loopvloeistof is in de vloeistofchromatografie de transportvloeistof die het te analyseren of te scheiden monster over de drager verplaatst. Meer algemeen betekent het oplosmiddel.

Enkele vloeistoffen die vanwege hun goede oplosbaarheid voor vele componenten, vaak als eluens worden gebruikt zijn: water, methanol, acetonitril.

Componenten hebben een verschillende oplosbaarheid in verschillende oplosmiddelen. Door nu gedurende een meting de samenstelling van het eluens te veranderen (gradiënt), kan een betere scheiding van deze componenten worden verkregen.

Vaak worden aan het eluens ook nog zouten toegevoegd, die invloed kunnen hebben op de scheiding, of de uiteindelijke detectie van de componenten. Enkele voorbeelden hiervan zijn bufferzouten om het eluens op een bepaalde pH te zetten, of zouten die helpen bij de ionisatie bij het gebruik van een massaspectrometer als detector (ammoniumacetaat, mierenzuur, etc)

keyzplayer

TLC is een veelgebruikte techniek in de organische chemie. Vanwege de eenvoud en snelheid is TLC een veelgebruikte methode om een chemische reactie te volgen.

TLC wordt ook gebruikt voor kwalitatieve analyse (ven bijv. geneesmiddelen)

Kolomchromatografie wordt o.a. gebruikt voor het opzuiveren van producten in een organisch laboratorium.

Bij kolomchromatografie bevindt de stationaire fase zich in een kolom. Dit geldt voor kwantitatieve technieken als HPLC en gaschromatigrafie maar ook voor preparatieve technieken als het opzuiveren van reactieproducten.

Ad vraag 2.

Het dragermateriaal heeft op zijn oppervlak een karakteristieke chemische samenstelling. Silicakolommen hebben veel -Si-OH groepen, reversed phase kolommen hebben bijvoorbeeld veel C₁₈-ketens op het oppervlak zitten.Met deze groepen vindt de interactie met de analiet plaats.

Ad vraag 3.

Het dragermateriaal zelf is meestal silica, al dan niet chemisch gemodificeerd (zie 2) of polymeer.

Ad vraag 4.

Water, ethanol, acetonitril (en in mindere mate terahydrofuraan) worden in combinatie met buffers voornamelijk gebruikt voor reversed phase chromatografie. Voor normal phase chromatografie gebruikt men allerlei (meer apolaire) oplosmiddelen.

Wetenschapsforum

Laatste berichten

Nieuwsberichten

Chromatografie

Chromatografie

Re: Chromatografie

Re: Chromatografie