Pagina 1 van 1

Beiloo , Bijloo

Geplaatst: do 01 aug 2019, 20:16
door tempelier
Zo'n veertig jaar geleden was er een jeugdserie op de TV.

Daar was een ridderfiguur die in bijzondere omstandigheden uitriep: Beiloo.

Ik heb deze kreet nergens meer terug gevonden, de vraag is nu was het een verzinsel van de serie of niet?

Re: Beiloo , Bijloo

Geplaatst: do 01 aug 2019, 20:54
door ukster
Mooie tijden waren dat, Pipo de clown op zaterdagmiddag. alle kindertjes op de grond voor de zwart wit tv
Frits Butzelaar speelde ridder blik
Bijlo, hij bracht het ook als een krachtterm kan ik mij herinneren
bastaardvloek 'bij God"
http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/bijlo

Re: Beiloo , Bijloo

Geplaatst: do 01 aug 2019, 21:09
door ukster
Ridder "Bamberain" heette hij officieel las ik ergens en hij trok regelmatig zijn zwaard geloof ik.
De serie werd uitgezonden in de jaren 50, dus zo'n 60 jaar geleden!

Re: Beiloo , Bijloo

Geplaatst: di 10 sep 2019, 18:16
door Binnenvaarttaal
Het was geen verzinsel.

Zie: https://www.dbnl.org/tekst/_vad00318330 ... 1_0405.php
Wiens aandacht valt op 's mans gelaat,
En die een' oogwenk hem doet staan:
‘Zijt gij het, dien ik zie, Kap'tein?
Wel man, wat valt gij af! - bijloo!
Gij zoudt mij haast ontschoten zijn;
En 't hoofd reeds kaal! - hoe komt dat zoo?’ -

Re: Beiloo , Bijloo

Geplaatst: do 12 sep 2019, 08:43
door tempelier
Het is kennelijk langer gelden dan ik dacht.

Wel bedankt voor de informatie.

Re: Beiloo , Bijloo

Geplaatst: do 12 sep 2019, 11:01
door Rhiannon
Ik had het plan om verder te zoeken naar het gebruik van 'bijloo', maar dat is me helemaal ontschoten. Sorry.

Ik ben eens in wat materiaal uit mijn studie gedoken en vond het volgende:

- In "De Schildknaap van Gijsbrecht van Aemstel" van P.J. Andriessen uit 1862 wordt de uitdrukking ook gebezigd op pagina 29:
‘Kees!’ zegt een van de knapen tot zijnen makker die 't digst bij hem is, ‘'t zou toch niet onaardig zijn, als wij ook zoo op de made konden spelen zoo als die edelknapen.’
‘'t Zou wat, bijloo!’ gaf de andere ten antwoord. ‘Denk jij dan dat die edelknapen zooveel meer vermaak hebben dan wij? Ik ben tevreden met hetgeen ik heb en ben. Waartoe zou ik meer verlangen?’
En volgens de Etymologiebank behoort het tot een van de bastaardvloeken in de Nederlandse taal zoals beschreven in de volgende naslagwerken:
P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden, 2e druk, Van Dale Lexicografie, Utrecht/Antwerpen
bijlo* [krachtterm] {bi lode 1410, bilode 1555-1560} bastaardvloek ter vervanging van middelnederlands bi Gode [bij God].
P.G.J. van Sterkenburg (2001), Vloeken. Een cultuurbepaalde reactie op woede, irritatie en frustratie, 2e druk, Den Haag
bijlo. Verkorte vorm van bij de heilige Lodewijk. Leendertz(*) (1878) geeft de voorkeur aan Saint Loth of wel aan de heilige Landus, een Normandische heilige uit de 4de eeuw. Bijlo is dan een eedformule waarbij de heilige Lodewijk tot getuige wordt aangeroepen dat men de waarheid spreekt. Het ijdel gebruik ervan maakt haar tot vloek, die, om anderen niet te kwetsen, verbasterd en dus afgezwakt kan worden. → sakkerloot.
bijlode. In het Middelnederlands komt vooral de vorm bi lode voor, maar in het hedendaags Nederlands is vooral bijlo bekend. Het WNT ziet in lode een mogelijke verbastering van Gode. Als varianten komen voor beloo, biloi, byloy(e), beloy, bilo, byloo en bayloy. Vroeger was het een zeer bekende uitroep om een verzekering te bekrachtigen. Momenteel komt het incidenteel nog voor in historische verhalen en doet dan gedateerd aan.
(*)De Leendertz die hier genoemd wordt is P. Leendertz in De Navorscher.