Waarom gebruiken we in de natuurkunde het enkelvoud
tralie voor een voorwerp dat eigenlijk uit een groot aantal spleten en tralies (meervoud) bestaat? Buiten de natuurkunde is een tralie uitsluitend een enkele ijzerstaaf. Is tralie in de natuurkunde een pars pro toto, of de afkorting van een langere term?
Als de Nederlandse term ontleend is aan een andere taal zou je eerder 'rooster' verwachten dan 'tralie': Engels grating, Duits Gitter, Frans reseau.

Bron afbeelding:
wikipedia