Overkoepelende vergelijking voor water-zoutbalans in het menselijk lichaam
Geplaatst: za 12 okt 2019, 18:09
Dag,
Ik ben al enige tijd bezig met het afleiden van een soort overkoepelende vergelijking voor de water-zoutbalans in het menselijk lichaam om te voorspellen hoe verschillende parameters (zoals toniciteit van intake en output, lichaamsgewicht, osmolinname, etc.) van invloed zijn op de verandering in serumnatriumconcentratie. Dit kan clinici helpen bij het denken over oorzaken/behandeling van hypo- of hypernatriëmieën, die in de kliniek zeer frequent voorkomen, met grote regelmaat foutief geïnterpreteerd worden (eerlijk is eerlijk) en geassocieerd zijn met een sterk verhoogde morbiditeit en mortaliteit bij patiënten.
Het basisidee van de vergelijking is dat iedere verandering in serumnatriumconcentratie, conform het klassieke fysiologische concept, een uiting is van een verandering in elektrolytvrij water in het lichaam. Deze verandering in elektrolytvrij water (EFW) in het lichaam wordt bepaald door het verschil in elektrolytvrijwaterintake (EFWI) en elektrolytvrijwaterklaring (EFWC). Daarnaast ga ik er vanuit dat obligate diurese, wederom zoals in de fysiologieboeken beschreven, wordt bepaald door osmolintake en osmolklaring door de nier. Belangrijk is om hierbij in te zien dat de EFW-verandering bepaald wordt door een verschil in tonciteit tussen intake en output, waarbij inerte osmolen (e.g. ureum) geen rol bij spelen. Urine-osmolaliteit (dus inclusief inerte osmolen) is echter wél belangrijk om te bepalen hoeveel obligaat urinevolume er gevormd kan worden Het is dus niet per ongeluk dat toniciteit en urine-osmolaliteit allebei in deze vergelijking zijn opgenomen.
Ik heb voor de geïnteresseerden de afleiding (vier kantjes) in de bijlage in het Engels (wil dit op papier gaan zetten voor een journal) toegevoegd en ben benieuwd naar jullie mening!
Groet,
Philip Voets, arts
Ik ben al enige tijd bezig met het afleiden van een soort overkoepelende vergelijking voor de water-zoutbalans in het menselijk lichaam om te voorspellen hoe verschillende parameters (zoals toniciteit van intake en output, lichaamsgewicht, osmolinname, etc.) van invloed zijn op de verandering in serumnatriumconcentratie. Dit kan clinici helpen bij het denken over oorzaken/behandeling van hypo- of hypernatriëmieën, die in de kliniek zeer frequent voorkomen, met grote regelmaat foutief geïnterpreteerd worden (eerlijk is eerlijk) en geassocieerd zijn met een sterk verhoogde morbiditeit en mortaliteit bij patiënten.
Het basisidee van de vergelijking is dat iedere verandering in serumnatriumconcentratie, conform het klassieke fysiologische concept, een uiting is van een verandering in elektrolytvrij water in het lichaam. Deze verandering in elektrolytvrij water (EFW) in het lichaam wordt bepaald door het verschil in elektrolytvrijwaterintake (EFWI) en elektrolytvrijwaterklaring (EFWC). Daarnaast ga ik er vanuit dat obligate diurese, wederom zoals in de fysiologieboeken beschreven, wordt bepaald door osmolintake en osmolklaring door de nier. Belangrijk is om hierbij in te zien dat de EFW-verandering bepaald wordt door een verschil in tonciteit tussen intake en output, waarbij inerte osmolen (e.g. ureum) geen rol bij spelen. Urine-osmolaliteit (dus inclusief inerte osmolen) is echter wél belangrijk om te bepalen hoeveel obligaat urinevolume er gevormd kan worden Het is dus niet per ongeluk dat toniciteit en urine-osmolaliteit allebei in deze vergelijking zijn opgenomen.
Ik heb voor de geïnteresseerden de afleiding (vier kantjes) in de bijlage in het Engels (wil dit op papier gaan zetten voor een journal) toegevoegd en ben benieuwd naar jullie mening!
Groet,
Philip Voets, arts