[microcursus] krachten: samenstellen en ontbinden
Geplaatst: ma 09 okt 2006, 19:13
Er is ook een volledig overzicht van alle cursussen, FAQ's en handleidingen .
Bij deze cursus zijn ook een aantal oefenopgaven gemaakt, deze vind je onder de cursus.
Als je van deze cursus gebruik maakt, willen we je vriendelijk vragen te laten weten wat je er van vond:
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
[microcursus] KRACHTEN SAMENSTELLEN EN ONTBINDEN (vectoren)
Auteur: Jan van de Velde
1: Afspraken: we kunnen niet zonder
1.1 Grootheden en eenheden
Voor de grootheid “kracht” wordt het symbool “F” (van het Engelse Force) gebruikt.
De eenheid van kracht is de newton (voluit in kleine letters) met als SI-symbool “N” (vernoemd naar Sir Isaac Newton).
Verder is het soms handig als je weet wat cosinus, sinus en tangens van een hoek zijn, en hoe je die uitrekent. (maar ook zonder kom je een heel eind).
1.2 Krachten hebben een grootte en richting
Een kracht is een invloed op een voorwerp, die aan dat voorwerp o.a. een versnelling kan geven. Dat wil zeggen dat de snelheid van het voorwerp verandert (bedenk dat een vertraging - afremmen - dus een negatieve versnelling is).
Een grotere kracht heeft een grotere versnelling tot gevolg.
............... (Afb.1)..............een kracht heeft een GROOTTE..............
Als een kracht links aan een voorwerp trekt, dan zal het voorwerp naar links gaan bewegen.
...................een kracht heeft een RICHTING(Afb.2)
Voor onze Vlaamse lezers:
jullie wis- en natuurkunde gaat hier nét iets anders mee om: Jullie onderscheiden behalve een "richting" (de ligging van een lijn in de ruimte) ook nog een "zin" (naar de ene kant of de andere kant op die lijn).
(Afb.2a)
Met het Nederlandse "richting" bedoelen we in de rest van deze cursus jullie Vlaamse combinatie van "richting en zin".
1.3 Krachten tekenen
Je wilt voorspellen hoe snel een voorwerp gaat bewegen, en welke kant op, als er een kracht op werkt.
Van een kracht moet je dus zowel grootte als richting kennen.
Een pijl heeft die twee eigenschappen óók:
Een moeilijk woord voor zo'n pijl is een VECTOR.
Vergelijk de lengtes in het plaatje:
...................... (Afb.3)
De rode vector stelt een kracht van 80 N voor, en is tweemaal zo lang getekend als de blauwe van 40 N.
We zeggen dan ook wel dat kracht een VECTORGROOTHEID is.
En om aan te geven dat het om een vectorgrootheid gaat, zetten we dan vaak nog een pijltje boven de F:
1.4 Aangrijpingspunt van een kracht
Een kracht zal tegen een voorwerp duwen of eraan trekken.
Het punt waar de kracht werkelijk op werkt noemen we het AANGRIJPINGSPUNT.
... ........ (Afb.4)
Op dat aangrijpingspunt tekenen we de voet van de vector. Hierboven is dat het oppervlak van de belknop.
Zoals je ziet geven we vaak nog met kleine letters onder de F aan wat de oorzaak van de kracht is, bijvoorbeeld:
Fvinger, Felastiek of met afkortingen: zwaartekracht Fz, normaalkracht Fn, wrijvingskracht Fw, etc.
Bij deze cursus zijn ook een aantal oefenopgaven gemaakt, deze vind je onder de cursus.
Als je van deze cursus gebruik maakt, willen we je vriendelijk vragen te laten weten wat je er van vond:
- Geef eventuele foutjes aan;
- Zijn de onderdelen soms onduidelijk, of net erg helder?
- Ontbreken er volgens jou stukken, of heb je suggesties?
- ...
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
[microcursus] KRACHTEN SAMENSTELLEN EN ONTBINDEN (vectoren)
Auteur: Jan van de Velde
1: Afspraken: we kunnen niet zonder
1.1 Grootheden en eenheden
Voor de grootheid “kracht” wordt het symbool “F” (van het Engelse Force) gebruikt.
De eenheid van kracht is de newton (voluit in kleine letters) met als SI-symbool “N” (vernoemd naar Sir Isaac Newton).
Verder is het soms handig als je weet wat cosinus, sinus en tangens van een hoek zijn, en hoe je die uitrekent. (maar ook zonder kom je een heel eind).
1.2 Krachten hebben een grootte en richting
Een kracht is een invloed op een voorwerp, die aan dat voorwerp o.a. een versnelling kan geven. Dat wil zeggen dat de snelheid van het voorwerp verandert (bedenk dat een vertraging - afremmen - dus een negatieve versnelling is).
Een grotere kracht heeft een grotere versnelling tot gevolg.
............... (Afb.1)..............een kracht heeft een GROOTTE..............
Als een kracht links aan een voorwerp trekt, dan zal het voorwerp naar links gaan bewegen.
...................een kracht heeft een RICHTING(Afb.2)
Voor onze Vlaamse lezers:
jullie wis- en natuurkunde gaat hier nét iets anders mee om: Jullie onderscheiden behalve een "richting" (de ligging van een lijn in de ruimte) ook nog een "zin" (naar de ene kant of de andere kant op die lijn).
(Afb.2a)
Met het Nederlandse "richting" bedoelen we in de rest van deze cursus jullie Vlaamse combinatie van "richting en zin".
1.3 Krachten tekenen
Je wilt voorspellen hoe snel een voorwerp gaat bewegen, en welke kant op, als er een kracht op werkt.
Van een kracht moet je dus zowel grootte als richting kennen.
Een pijl heeft die twee eigenschappen óók:
- een grootte (lengte);
- en natuurlijk kun je een pijl een richting op laten wijzen.
Een moeilijk woord voor zo'n pijl is een VECTOR.
Vergelijk de lengtes in het plaatje:
...................... (Afb.3)
De rode vector stelt een kracht van 80 N voor, en is tweemaal zo lang getekend als de blauwe van 40 N.
We zeggen dan ook wel dat kracht een VECTORGROOTHEID is.
En om aan te geven dat het om een vectorgrootheid gaat, zetten we dan vaak nog een pijltje boven de F:
1.4 Aangrijpingspunt van een kracht
Een kracht zal tegen een voorwerp duwen of eraan trekken.
Het punt waar de kracht werkelijk op werkt noemen we het AANGRIJPINGSPUNT.
... ........ (Afb.4)
Op dat aangrijpingspunt tekenen we de voet van de vector. Hierboven is dat het oppervlak van de belknop.
Zoals je ziet geven we vaak nog met kleine letters onder de F aan wat de oorzaak van de kracht is, bijvoorbeeld:
Fvinger, Felastiek of met afkortingen: zwaartekracht Fz, normaalkracht Fn, wrijvingskracht Fw, etc.