Ok, ik heb de berekeningen nog eens bekeken en ik snapte in eerste instantie niet zo goed wat de reden was dat je dit imaginair deed. Ik denk echter dat dit moest omdat de middelpunten van de cirkels niet beschreven konden worden, klopt dat?
Nee, als figuren 90 graden t.o.v. elkaar gedraaid zijn gebruik ik altijd complexe getallen. 90 graden draaien is vermenigvuldigen met i.
Wederom bedankt voor de geweldige hulp, vooral die laatste twee kan ik erg veel mee! Echter die laatste berekening is me onduidelijk hoe je die verkregen hebt. Maar het is denk ik teveel gevraagd om deze uiteen te zetten, aangezien hij zo ongelofelijk lang is!
ps: als je het in deze berekening over r hebt dan bedoel je R toch? Of bedoel je de r, de kleine straal van de kleine cirkel. Je hebt in je eerdere berekening namelijk met R en r gewerkt.
Van de totale oppervlakte waarin deze rotors draaien heb ik een berekening gemaakt. Ik ben niet zo'n wiskundewonder dus ik heb het vrij uitgebreid gedaan. Kan iemand mij vertellen of de einduitkomst (van oppervlakte A, te vinden in hoofdstuk 1.1.3.4) correct is?