Wiskunde

Moderators: ArcherBarry, Fuzzwood

Reageer

Wiskunde

Radio-actieve stoffen vormen een groot gevaar voor mens en milieu. Bij sommige stoffen kan het duizenden jaren duren voordat een deel van die stoffen is afgebroken. Op een stortplaats wordt 250 gram van een radio actieve stof gevonden. Van de stof is bekend dat in 24 uur 10% wordt afgebroken.

A: na hoeveel dagen ongeveer is er nog 1% van de stof overgebleven.

B: hoeveel dagen is de halveringstijd van deze stof?

Van een andere stof is de halveringstijd 50 uur.

C: hoeveel procent van die stof wordt per dag afgebroken?

D: na hoeveel dagen ongeveer is er nog 1% van die stof overgebleven?




Wie heeft de antwoorden en uitwerkingen van deze vraag? Ik snap er helemaal nixxxx van :shock:

Gebruikersavatar
Berichten: 1.210

Re: Wiskunde

in 24 uur wordt 10 percent afgebroken, dus gaat er de eerste 24 uur 25 gram af, heb je nog 225 gram over

de volgende 24 uur gaat er weer 10% worden afgebroken dus heb je nog 203.5 gram over

en zo verder tot ja aan 1%= 2.50 gram

de halveringstijd is de tijd die de stof nodig heeft om de helft af te breken.

dus wanneer er in dit geval 125 gram nog over is. Je moet hiervoor zeker formules gezien hebben, weet die nu niet vanbuiten. Anders doeje het op de boven vermelde manier.

Als de halveringstijd 50uur is, betekent dat er na 50 uur maar 50% van de stof meer aanwezig is, eenvoudig regeltje van 3

50 uur --> 50%

1 uur --> 1%

24 uur --> 24%

voor D moet je de forumes toepassen

als je er echt niets van snapt, kan je beter uitleg aan je leerkracht scheikunde/fysica vragen, dan de antwoorden hier te vragen, want zo leer je het niet en in juni heb je dan examens en moet je het normaal gezien alleen doen.

Gebruikersavatar
Berichten: 1.107

Re: Wiskunde

Ik denk dat noortje deze formule bedoelde:

N(t) = N(0) (1/2)^(t/th)

N(t) is het aantal instabiele kernen op tijdstip t

N(0) is het aantal instabiele kernen op tijdstip 0

t is de tijd in seconden

th is de halveringstijd in seconden

Ik begin eerst met B, dat is makkelijker

B:

N(t) is 225 gram (90% van 250)

N(0) is 250 gram

t = 86400 seconden (24 uur)

Als we dit invullen komen we op een halfwaarde tijd van 568.409 seconden, dit is ongeveer 6.5 dagen.

Nu kunnen we A zo invullen:

A:

N(0) = 250

N(t) = 1% van 250 = 2.5

th = (zie B)

t = 3776427 seconden

C:

N(0) = 100%

t= 86400 seconden (24 uur)

th = 180.000

Dus N(t) = 72

Dus er wordt 100 - 72 = 28% afgebroken

D:

Met dezelfde formule kom ik dan op ong. 14 dagen

Ik hoop dat alles klopt.

Reageer