Energie overdracht door elektrische stroom
Geplaatst: ma 22 mar 2021, 23:07
Een bedenking die ik me maak:
Als stroom overgebracht wordt, is het vermogen = stroom x spanning (U x I)
Stel dat een draad elektrische stroom brengt van punt A naar B. Ik ga in het midden zitten van de draad tussen A en B.
Ik kijk naar de elektronen die voorbijkomen. Die elektronen zorgen voor de overdracht van energie van A naar B. En de hoeveelheid elektronen die ik tel per tijd noem ik stroom.
Wat ik nu gek vind: De energie die stroomt is U x I: maar in het midden van de draad zie ik U, de spanning, niet; ik zie alleen de elektronen die de stroom vormen. Ik kan totaal niet raden hoeveel energie die elektronen brengen van punt A naar B;
Misschien is de spanning hoog en gaat er veel energie door, misschien is de spanning laag, en gaat er minder energie door.
Eenzelfde stroom, en toch een mogelijke grote verscheidenheid aan energie die die stroom meebrengt.
Dat lijkt me een contradictie: ik moet daar in het midden van de draad toch zien hoeveel energie er door de draad stroomt?
Alsof ik naar een weg kijk; wel autos zie, maar geen idee heb hoeveel mensen er in die autos zitten en ik geen idee heb hoeveel personen aan mij voorbij razen*?
Of zie ik iets totaal over het hoofd? Bv zou ik een elektrisch veld of inductie moeten zien evenredig met energie? Is mijn concept van stroom fout (ik dacht dat dat niet meer is dan elektronen tellen).
Of waar zit die energie in de elektronen die voorbij komen? Hebben die een andere eigenschap als ze meer of minder energie overbrengen? Wat is die eigenschap?
Walter
* ok : de analogie is niet zo goed; Maar de reden is dat ik geen goede analogie kan bedenken: Er komt iets voorbij: maar dat wat interessant is (energietransport) lijk ik totaal niet te kunnen zien. Hoe neemt de stroom die energie mee? Hoe kan ik dat zien daar in het midden tussen A en B: hoe zie ik de mensen in de auto?
Als stroom overgebracht wordt, is het vermogen = stroom x spanning (U x I)
Stel dat een draad elektrische stroom brengt van punt A naar B. Ik ga in het midden zitten van de draad tussen A en B.
Ik kijk naar de elektronen die voorbijkomen. Die elektronen zorgen voor de overdracht van energie van A naar B. En de hoeveelheid elektronen die ik tel per tijd noem ik stroom.
Wat ik nu gek vind: De energie die stroomt is U x I: maar in het midden van de draad zie ik U, de spanning, niet; ik zie alleen de elektronen die de stroom vormen. Ik kan totaal niet raden hoeveel energie die elektronen brengen van punt A naar B;
Misschien is de spanning hoog en gaat er veel energie door, misschien is de spanning laag, en gaat er minder energie door.
Eenzelfde stroom, en toch een mogelijke grote verscheidenheid aan energie die die stroom meebrengt.
Dat lijkt me een contradictie: ik moet daar in het midden van de draad toch zien hoeveel energie er door de draad stroomt?
Alsof ik naar een weg kijk; wel autos zie, maar geen idee heb hoeveel mensen er in die autos zitten en ik geen idee heb hoeveel personen aan mij voorbij razen*?
Of zie ik iets totaal over het hoofd? Bv zou ik een elektrisch veld of inductie moeten zien evenredig met energie? Is mijn concept van stroom fout (ik dacht dat dat niet meer is dan elektronen tellen).
Of waar zit die energie in de elektronen die voorbij komen? Hebben die een andere eigenschap als ze meer of minder energie overbrengen? Wat is die eigenschap?
Walter
* ok : de analogie is niet zo goed; Maar de reden is dat ik geen goede analogie kan bedenken: Er komt iets voorbij: maar dat wat interessant is (energietransport) lijk ik totaal niet te kunnen zien. Hoe neemt de stroom die energie mee? Hoe kan ik dat zien daar in het midden tussen A en B: hoe zie ik de mensen in de auto?