Wat ik taalkundig niet begrijp is de definitie van "richting" als (bijvoorbeeld) horizontaal, of mogelijk wat wiskundiger en algemener uitgedrukt, de richtingscoëfficiënt van een lijn?
Ik ben eigenlijk blij dat je de term richtingscoëfficiënt aanhaalt, want volgens mij verduidelijkt die misschien meer.
Van Wikipedia:
De richtingscoëfficiënt (vaak afgekort tot rico) van een rechte lijn in een vlak met een rechthoekig xy-assenstelsel is de tangens van de hoek die de rechte maakt met de positieve x-as. De richtingscoëfficiënt bepaalt de helling van de lijn ten opzichte van de x-as.
Hieruit volgt dus dat de richtingscoëfficiënt de helling is van de rechte. In een rechthoekig xy-assenstelsel in de wiskunde lezen we altijd met de x-as mee, en gaan de rechten dus van links naar rechts. In de fysica kan dit ook tegengesteld zijn.
Bijgevolg noemen we de richtingscoëfficiënt van een vector in de fysica de richting, en definiëren we de zin waarin deze vector wijst. Met enkel een richtingscoëfficiënt (wat wij de richting noemen (vb. horizontaal, diagonaal met zoveel graden, ...)) heb je namelijk nog twee mogelijkheden over waarin de vector kan wijzen.
Ook ik kan betreffende de
richtingscoëfficiënt zeggen, dat je goed naar het woord moet kijken. Deze bepaalt namelijk enkel de richting, niet de zin.
een eerder voorbeeld uit een topic dat tot deze discussie aanleiding gaf:
Ik gebruik daarom op het kruispunt, om aan het overige verkeer duidelijk te maken waar ik heen wil, mijn (let op het woord!) richtingaanwijzer. En die geeft niet aan "E19" als richtingscoëfficiënt, en daarna of daarnaast Kortrijk of Antwerpen als zin, maar gewoon "vanaf hier naar Antwerpen" of "vanaf hier naar Kortrijk" als richting.
Daar heb je gelijk in, maar je kan toch ook 180° draaien? Daar gebruik je inderdaad je
richtingaanwijzer voor, maar die is gemaakt om duidelijk te maken wanneer je van richting verandert (vb. links of rechts inslaan). Deze is niet gemaakt om aan te duiden wanneer je van zin verandert (vb. 180° draait), maar kan hier wel voor gebruikt worden wegens gebrek aan iets anders.
Verder zeggen we in Nederland, om een draairichting aan te geven, bijvoorbeeld "rechtsom" of "met de klok mee". In Vlaanderen is dit "rechtsom" of "in wijzerzin". Als ik nou de cirkelvormige schaal van de klok bijvoorbeeld bij 6 uur opentrek en tot een rechte lijn uitvouw wordt het Vlaams gebruik van het woord "zin" voor de ene kant op of de andere kant op op een rechte lijn mogelijk verklaard.
Feitelijk zeggen we (of mijn familie toch) 'wijzerzin' en 'tegenwijzerzin'. Ik denk niet dat dit zozeer een oorzaak is van het ontstaan van de term 'zin', als wel een gevolg.